Aftellen
Nog 4 dagen, dan is het zo ver! Dan ga ik eindelijk aan boord van de Thalassa, iets waar ik al zo lang naar uit kijk!
Blog 25 - 26/04/20
Na een paar uurtjes varen kwamen we al aan bij het wad waar we de komende week zouden liggen. De zon scheen en het was lekker warm. Helaas vond Sander dat nog geen reden om te gaan lanterfanten: kom op jongens, nog een laatste dagje school. Al onze laatste keren kwamen er aan; de laatste dag school, de laatste keer havermout, de laatste keer drie minuten douchen, de laatste keer in de mast en de laatste keer wacht lopen. Voor de ankerwachten die bij het wad gelopen moesten worden om te voorkomen dat we van het anker afschoten, mochten we zelf groepjes van twee of drie maken waarmee we onze laatste wacht zouden lopen. Samen met Chiara en Noor schreef ik me in voor de 5-9 wacht op 16 april.
Terwijl sommigen met de bijboot gingen vissen en anderen heerlijk in de zon spelletjes speelden of kletsten, trokken Chiara en ik onze zeilbroeken aan en pakten de schilderspullen uit het werkhok. We hadden namelijk een heel leuk klusje gekregen: we mochten de namen van onze School at Sea lichting naast die van de namen van de vorige lichtingen op de waterdichte deur van het werkhok schilderen. De vorige lichtingen hadden hun namen alleen zodanig groot op de deur gezet, dat wij die allemaal weg moesten halen en er opnieuw op moesten zetten, maar dan drie keer zo klein, opdat wij er ook naast pasten en toekomstige SaS-generaties ook nog. Het kostte ons drie middagen de namen zo klein en precies op de deur te schilderen, maar we waren heel tevreden met het eindresultaat.
Die avond genoten we samen van een magische zonsondergang boven het wad. Er stond muziek op en terwijl de lucht de mooiste kleuren kreeg wisten we allemaal: deze is er speciaal voor ons.
Op de ochtend van 16 april werd ik om 04:40 uur gewekt voor mijn wacht die om 05:00 begon. Samen met Noor, Chiara en Sam speelden we die ochtend gezellig spelletjes en kletsten we in de stuurhut terwijl we onze laatste wacht liepen. Daarna ontbeten we muesli met yoghurt (dat hadden we ontzettend lang niet meer gehad, dus daar genoten we extra van!) en na onze wacht vroeg Sam aan de groep wie er mee ging wadlopen. Chiara en ik mochten eigenlijk nog slapen, omdat we wacht hadden gelopen vanaf 05:00 uur, maar we gingen liever mee wadlopen, dus trokken we een zwemvest aan en sprongen we de bijboot in. Na een uur of twee heerlijk op het wad te hebben rond gedwaald en tot rust te zijn gekomen, kwam Tom ons weer ophalen. Ik bedacht me dat ik nog nooit de bijboot bestuurd had en vond het wel eens tijd worden, dus kaapte ik het stuur van Tom en raasde vol gas over het water.
Eenmaal weer terug aan boord, begonnen Pia, Maura, Lianne, Noor, Chiara en ik aan de voorbereidingen van het feestje dat die avond plaats zou vinden. Noor was verantwoordelijk voor de uitnodigingen, die ze de vorige avond samen met mij had geschilderd, geschreven en versierd om vervolgens aan elke deur eentje te hangen, Maura ging over het eten, Lianne over het drinken, Chiara was verantwoordelijk voor de versiering en ik regelde de muziek. Pia was eindverantwoordelijke. Natuurlijk deden we wel alles samen, dus hielpen Pia en Maura mij gezellig met de muziek, maakten Pia en Lianne samen het schema voor de bardiensten en begonnen Chiara en ik samen aan het schilderen van een groot spandoek. Het thema van het feestje was Apres Sail, dus iedereen moest in zeilpak komen. ’s Avonds stuurden we na het avondeten iedereen de salon uit en hingen we overal vlaggen en lichtjes op en zetten alles klaar. Om 21:30 uur was het zover: alles was klaar en iedereen mocht de salon in komen. Tot diep in de nacht hebben we gefeest en nadat alles was opgeruimd, konden we dan eindelijk ons bedje inkruipen. Omdat het een van de laatste nachten was, legden we onze matjes in hut 12 en sliepen Pia, Maura, Lianne, Noor, Chiara en ik gezellig samen.
De volgende dag vertrokken we weer richting Harlingen en was het tijd voor de laatste grote schoonmaak. Maura en Lianne hadden een schoonmaak rooster gemaakt en hadden iedereen een taak gegeven. We begonnen met het schoonmaken van de hutten en daarna heb ik met Chiara het bovendek geschrobd. Met een gezellig muziekje op de speakers waren we redelijk snel klaar en ’s avonds verzamelden we allemaal in de salon. We kregen de volgorde van het ophalen de volgende dag te horen (Mattie zou als eerste vertrekken en Sem als laatste), we kregen onze SaS-truien (dankjewel ouders!), Monsterboekjes, certificaten en een SaS-tas met wat cadeautjes erin. Het voelde een beetje als het einde van een kinderfeestje, waar je dan altijd een zakje snoep kreeg als je naar huis gebracht werd…
Het was de laatste nacht, dus veel mensen hadden het plan om door te halen. Om 00:00 uur was dan de laatste dag van SaS officieel begonnen. Maar er was ook reden voor een feestje: Mattie was jarig, dus daar hebben we luidkeels voor gezongen. Omdat iedereen op gegeven moment toch wel moe werd, gingen er steeds meer mensen slapen. Chiara had deze dag keukendienst, dus die wilde een speciaal afscheidsontbijt maken. Ik hielp nog even in de keuken, maar was om 06:00 zo moe dat ik toch maar ging slapen. Boven de keukendeur hangt al de hele reis de spreuk: “als je ontbijt op bed wil, slaap je maar in de keuken,” en dat deed ik dan ook maar.
Om 07:00 uur was de nacht alweer voorbij en was de keukendienst klaar met het ontbijt. We kregen pannenkoeken, pizza, stroopwafels en fruitsalade! Daarna moesten alle matrassen in de vriezer op de kant gegooid worden en onze laatste spullen werden op de kade klaargezet. Het schip was nu echt helemaal leeg. We maakten nog onze laatste groepsfoto en wachtten daarna af hoe Mattie als eerste opgehaald zou worden.
Na heel veel knuffels en heel veel tranen werd ik om 13:35 uur opgehaald door mijn ouders en broertje. Het was super fijn om die weer terug te zien, maar ik miste het al direct om aan boord te zijn. School at Sea voelde de hele reis lang als iets eeuwigs. Ik wist dat het ooit afgelopen zou zijn, maar ik had me nooit echt gerealiseerd dat ik zo’n fantastisch avontuur, met zo veel mooie mensen nooit meer terug ga krijgen.
Maar bedankt allemaal voor de fantastische tijd, bedankt voor de mooie avonturen samen! En ook aan iedereen bedankt die deze reis voor mij mogelijk gemaakt heeft! Ik heb genoten, van alles en ik ga het zo erg missen…
School at Sea 2019/2020 zit er nu echt op helaas.
Blog 24 - 12/04/20
De tweede dag van de scheepsovername was het vergeleken met de dag daarvoor prachtig! Er was dan wel geen wind, dus gingen we op de motor, maar het zonnetje scheen en het animatieteam voerde het thema ’zomer’ in en iedereen liep dus heerlijk in z’n korte broek en shirtje over dek. Er mochten hangmatten op het middendek worden opgehangen en er werd heerlijk buiten gegeten. Het water was helder blauw en toen we een beetje voor ons uit staarden naar de horizon, sprongen er opeens dolfijntjes hoog op uit de zee. We renden naar voor, naar de boeg, waar de dolfijntjes vrolijk met ons mee zwommen. Er was genoeg tijd om snel een tuigje aan te trekken en de dolfijnen vanuit het kluivernet of de mast te spotten.
Toen de dolfijnen weg waren, werd ik naar de stuurhut geroepen voor het zogeheten Bermuda-gesprekje. Dat is een gesprekje met Sander en Sam over SaS en over hoe je tegen het einde daarvan aankijkt. De gesprekjes zijn op Bermuda gestart, maar nog steeds niet iedereen is aan de beurt gekomen. Het was scheepsovername, dus natuurlijk was er elke avond filmavond. Eerst was er een film voor iedereen behalve de 9-1, die wacht moest lopen, en daarna was er nog een aparte filmavond na 01:00 uur speciaal voor de 9-1. Het eten was gelukkig nog steeds lekker, maar de stores liepen wel ten einde. De keukendienst hoefde de stores zelfs niet meer bij te houden, omdat we toch nog maar zo weinig hadden.
Na drie dagen filmen was de eerste scheepsovername voorbij. Elly, Chiara en ik hadden heel wat beeldmateriaal verzameld en knutselden een „Behind the Scenes“ en een muziekvideo in elkaar, die we ’s avonds voor de filmavond aan de groep lieten zien.
Na de filmavond ging iedereen slapen en de volgende ochtend werden we met heel fijn nieuws gewekt „Jullie telefoons zijn opgeladen, jullie mogen nu allemaal jullie ouders bellen!“ Nog nooit was iedereen zo snel wakker. We renden naar de salon, pakten onze telefoons en stormden naar buiten om service te zoeken. We dobberden voor de kust van Chebourg en hadden dus gewoon internet en bellen tegen Europees tarief. Na twee uurtjes kregen we een overheerlijk Engels ontbijt bereid door de keukendienst: er waren worstjes, roerei, spek, bonen in tomatensaus, broodjes en fruitsap. Wat was dat genieten na zo veel dagen havermout! Na het ontbijt begon de laatste scheepsovername. Kapitein Teun werd overgenomen door Noor en de nieuwe stuurmannen en bootsmannen begonnen aan hun wachten. Er was nog steeds niet veel wind, dus voeren we op de motor en was er helaas niet zo veel te doen in de machinekamer. Wel mochten Chiara en ik als machinisten de namen van de SaS’ers van onze lichting op de waterdichte deur van het werkhok schilderen.
Op gegeven moment werden we allemaal naar het middendek geroepen. We mochten onze zwemspullen aantrekken en in het water springen. Het water in het Engels Kanaal was ijskoud, maar het was wel leuk om nog even een laatste keer te zwemmen! Na nog twee dagen op de motor en nog meer filmavonden, was het dan zo ver. Land in zicht! Nederland! We voeren tussen de waddeneilanden door, zagen vuurtorens van Texel, Vlieland en Terschelling en voeren zo langzaam de waddenzee op. We zagen zeehondjes en tegen de middag voeren we dan, na 32 dagen op zee te hebben gezeten, de haven in.
We legden aan en kregen de eerste stores binnen (kaas, slagroom, yoghurt, vers fruit en groenten, brood en... wc papier!) en samen met de andere machinisten en Job hebben we olie en water gebunkerd. De eigenaren van het schip, Jacob en Ietje, hun zoon, Jelle, en Monique waren er om ons te ontvangen, helaas mochten we niemand knuffelen of dichterbij komen dan 1,5 meter. Er was voor ons een aparte steiger neergelegd en er stonden dranghekken omheen, want niemand mocht van boord. Inge, een oud-SaS’er, kwam ook even kijken en had stroopwafels voor ons meegenomen, die we onder luid applaus en gejoel in ontvangst namen. Ook Jelle had iets lekkers voor ons meegenomen: hij had een heerlijke Griekse maaltijd voor ons voorbereid, die we, nadat die voorzichtig op de kade was neergezet, zodat wij die konden oppakken zonder contact te maken met iemand, aan boord konden brengen een op konden warmen. Die avond aten we een uitgebreid driegangendiner om te vieren dat we de lange tocht op zee hadden overleefd. Met onze 32 dagen varen hadden we het record van alle bemanningsleden verbroken, behalve dat van Sam, die het ons niet gunde en extra rondje om Schotland heen te varen, zodat we 34 dagen op zee zouden zitten en zijn record zouden verbreken.
De volgende ochtend had ik keukendienst en hadden we een heerlijk afscheidsmaal voor Job, die moest beginnen aan zijn nieuwe baan in het ziekenhuis (corona besmettingen behandelen enzo) en voor de SaS’er die eerder naar huis moest: havermout. Gewoon omdat het kan, vond Sam. Om 11:00 uur hadden we weer vers fruit en bij de lunch aten we restjes van gisteren. Voor het 4uurjte maakten we brownies en hadden we lol met de slagroombus die aan boord was gekomen. Buiten was het heerlijk weer en tijdens onze pauzes zaten we lekker buiten in het zonnetje een spelletje te spelen. Ook moest een groot deel van onze spullen al ingepakt worden en in een grote vriezer worden gelegd, zodat we de laatste bedwantsen niet mee naar huis nemen straks. Tijdens het avondeten kwam Wessel, onze stuurman het eerste deel van de reis, ons verrassen. Hij stond op de kade om even met ons te kletsen. Helaas konden we hem geen knuffel geven en mocht hij ook niet binnen het hek komen, maar hij kon natuurlijk wel even de legendarische zinnetjes zeggen die we zo gemist hadden de afgelopen paar maanden: “Ik heb zin in een cracker met oude kaas,“ en “Chiara, kun je mij vertellen waarom Tijl nog in het kluivernet zit?“
Na de afwas werd er nog op de steiger gevoetbald en gerugbyd (mensen keken ons heel raar aan en al een heel aantal keer zijn er mensen naar ons toe gekomen om ons te waarschuwen voor de boete die we allemaal zouden krijgen. De volgende ochtend kregen we een heerlijk paasontbijt met pistolets, croissants, paaseitjes, eieren, ontbijtspek, fruitsalade, fruitsap, paashazen, kaas, hummus en paasbrood. Na het ontbijt werden alle zeilen uitgepakt en voeren we weer terug de waddenzee op. In de zon met een heerlijk muziekje op dansten we en zochten we paaseitjes, tot Sander ons zei dat we allemaal aan school moesten, want ja, dat hoort er helaas ook nog steeds bij.
Blog 23 - 05/04/20
De hele week lang was er bijna helemaal geen wind. We voeren op de motor en probeerden snel voor een grote storm uit te varen. We schoten lekker op daardoor, dus hebben we al die omwegen die we voor de toeristische route hebben genomen weer een beetje ingehaald. De wachten waren nu vooral koud en omdat er qua zeilen niets te doen was, heb ik in mijn wacht de keuken en de keukenkelder eens goed schoongemaakt. Het schoonmaken van de wc’s werd nóg populairder, omdat het én iets was om te doen én omdat je binnen kon opwarmen.
We zijn een heel aantal keer naar buiten geroepen omdat er walvissen langs de boot zwommen. Een paar dagen geleden ging de motor opeens uit en iemand schreeuwde „Pinky Whales!“ de salon in. We renden allemaal naar boven. Tom had de motor uit gezet om de walvissen niet plat te varen. Er zwommen een stuk of tien walvissen super dicht bij de boot. De walvissen waren veel groter dan die die we eerder al hadden gezien en het was een ontzettend indrukwekkend gezicht. Het was helemaal stil op het dek, terwijl we allemaal vol verwondering naar het water staarden. Er zijn zo veel bijzondere dingen die ik ga missen als ik weer thuis ben...
Tijdens mijn schooldag werd opeens iedereen naar de salon geroepen. Er was weer gestolen, Snickers van de stores deze keer. Iedereen schrok toen Sam mededeelde dat de persoon die deze keer had gestolen, nu echt naar huis ging, ook al hebben we onze laatste bestemming al gehad. Zodra we in Harlingen aan de kade liggen, gaat deze persoon naar huis, omdat hij en de groep al heel veel kansen hebben gehad. De sfeer is wat minder nu, maar we proberen er het beste van te maken onze laatste weken. De laatste wachten zijn gelopen en de laatste officiële schooldagen zijn voorbij. De meeste leerlingen zijn zo ongeveer klaar met hun toetsen en de docenten hebben daardoor zo weinig te doen dat er ontzettend veel en fanatiek spelletjes gespeeld worden - wat af en toe tot kleine - eh - onenigheden leidt.
Ondertussen is de op een na laatste scheepsovername gestart. Samen met Elly en Chiara heb ik gesolliciteerd als filmteam en we verzamelen zowel mooie als hilarische beelden. Toen we in het kluivernet zaten om te filmen hoe de golven tegen het boegbeeld aan sloegen, verloor ik een schoen en toen we in de salon de bekendmakingen van de allerlaatste scheepsovername filmden, legden we toevallig ook Tycho vast, die in de mast zat en die, toen hij hoorde dat hij de functie van stuurman had gekregen, naar beneden op het dek kotste. Tussen alle wachten door zet het animatieteam het schip op zijn kop door harde muziek, versieringen en gekke outfitthema’s. Vandaag zaten ze iedereen op hun hielen die geen foute outfit aanhad. Niet fout genoeg gekleed? Dan moest je voor straf buiten naar de wc! We maken het beste van onze laatste weken en we zitten nu al 26 dagen op zee. We hopen dat we de 31 dagen aantikken. zodat we tegen iedereen kunnen zeggen dat we een volle maand op zee hebben gezeten. Straks varen we het Engelse kanaal in en begint het allerlaatste deel van ons avontuur.
Blog 22 - 29/03/20
Alles ging zo z’n gangetje tijdens de scheepsovername. De wachten liepen goed en de stuurmannen en vrouwen zorgden samen met de kapitein voor een veilige vaart. De 1-5 wachten werden steeds actiever, met steeds meer wind en ook steeds meer te doen. Mijn tweede dagwacht waren we bezig met het doorhalen van de braslijnen, zodat de ra’s niet zouden schommelen, toen opeens de bakboord schoot van de bovenmars knapte. Het zeil moest zo snel mogelijk worden weggehaald, dus renden we allemaal naar het middendek en stuurde ik mensen aan. Ik wilde het zeil weghalen zoals we dat normaal gezien ook doen, maar dat ging nu niet vlot genoeg, dus nam Tom het even over. Dat was fijn, want anders was waarschijnlijk het zeil gescheurd.
Ook tijdens de nachtwacht ging het weer lekker. De wind nam opeens toe tot bijna 30 knopen en toen we de buitenkluiver wilden zetten, bleek daar een scheur in te zitten, dus moest ook die zo snel mogelijk weer gestreken worden. Tijdens mijn laatste dagwacht leek alles rustig. Stuurvrouw Maura stuurde me naar binnen om een klusje te doen. Noor en ik waren halverwege het dweilen van de gang, toen Elly door de koekoek naar binnen riep dat ik snel naar buiten moest komen. De bakboord schoot van de ondermars was deze keer geknapt. Gelukkig wist ik nu wat ik moest doen en was het zeil heel snel weg. Nee, rustige wachten waren het niet, die 1-5’jes!
Net voor het einde van de scheepsovername, die eerder zou stoppen vanwege de harde wind die eraan kwam (40 knopen!), moest nog snel de fokkenra weggehaald worden om die harde wind. Ik had de matrozen in mijn wacht allemaal al een plekje gegeven en toen Maura ons zei dat het zo ver was, gingen we snel naar het middendek en riep kapitein Elly naar binnen: „Iedereen met schoenen aan helpen op het middendek! Alle hens aan dek!“ Met een man of 15 was het zeil binnen no time weg en tevreden kwamen we terug aan op de brug. De normale 5-9 wacht werd gehaald en de scheepsovername zat erop.
Die avond werden we naar de salon geroepen. Sam vertelde ons dat hij zag dat we allemaal best wel moe waren en dat er daarom de komende twee nachten geen nachtwacht gelopen werd door ons. De wachten zouden van 09:00 tot 21:00 uur lopen en daarna zou de bemanning het overnemen. Daar waren we allemaal heel blij mee, want een lekker nachtje doorslapen konden we allemaal wel gebruiken. En dat was niet de enige reden dat de bemanning onze helden waren: de wind zou nog verder toenemen naar 40 knopen en het regende ontzettend hard. Na twee dagen rust te hebben gehad omdat we geen nachtwacht hoefden te lopen, was het weer tijd voor het normale ritme. De wind was helemaal weggevallen en we voeren op de motor. De kapotte buitenkluiver was ondertussen vervangen door het bezaanbramstagzeil, dat nu dus op de plek van de buitenkluiver hangt. De overige bramzeilen zijn ingepakt, die gaan we namelijk niet meer gebruiken. Dat betekent helaas dus ook dat we geen kans meer krijgen onze bramrace-tijd te verbeteren. Jehanne zette ons aan het werk met een aantal klusjes, anders was de wacht wel heel saai. Al snel nam de wind weer toe. We voeren weer 30 knopen halve wind, wat betekende dat we flink naar een kant aan het hellen waren. Het weer wordt steeds ruiger; meer regen en meer wind, de dagen en nachten worden kouder en soms valt er natte sneeuw. „Trek alles aan wat je hebt,“ wordt er gezegd als je gewekt wordt voor je wacht. Al die truien die we hebben gekocht op Bermuda komen nu wel heel goed van pas.
Ondertussen raken er meer en meer dingen op. Eten hebben we genoeg, maar de crew is bijna door haar sigaretten heen (behalve Alex, want die heeft nog een vuilniszak aan noodshag mee) en er is een fout gemaakt bij het tellen van de wc-rollen. We dachten namelijk dat er nog ruim voldoende zouden zijn voor tot aan Nederland, maar we blijken er zo’n 200 minder te hebben dan gedacht. Eerst beperkte Sam het wc-rol gebruik naar acht wc-rollen per dag, maar omdat mensen er dan toch minder zuinig mee om gaan, hebben we maar voor een andere oplossing gekozen. „Iedereen mag twee wc-rollen op komen halen in de salon!“ riepen Tinke en ik door het schip heen. Met een checklist ernaast zorgden we ervoor dat iedereen twee wc-rollen kreeg. Daarmee moeten we het doen tot aan Nederland, wat makkelijk lukt natuurlijk. We moesten wel allemaal een beetje lachen: op alle wc-deuren hangt nu een briefje met ‚vergeet je wc-rol niet!‘ erop en iedereen voelt zich een beetje een campingbezoeker wanneer hij met zijn wc-rol door de gangen wandelt. De jongens waren alweer met het geniale idee gekomen om in plaats van dat saaie monopoly geld als inzet, wc-papiervelletjes te gebruiken bij hun pokerspelletjes. Die zelfde avond nog zaten er een stuk of zes heren om de tafel, bloedserieus met een wc-rol naast hen op tafel.
Vandaag is de achttiende dag op zee. Er zijn al heel wat walvissen en dolfijnen langs gekomen en we zitten lekker veel aan school en lopen lekker veel wacht. We zijn er helaas nog lang niet. De wind komt namelijk uit het noordoosten, en laat dat nou net zijn waar wij heen moeten. We varen dus nog maar een omweg en hopen dat we snel in het Engels kanaal zijn.
De wacht vandaag was heerlijk. Het was ijskoud, maar de zon scheen. Ik was wachtleider en de rest van de wacht was klusjes aan het doen, dus ik stond op gegeven moment in mijn eentje achter het roer. Het liedje Shotgun van George Ezra stond op, de Thalassa beukte door de golven heen, terwijl die over het middendek heen sloegen en de zon scheen in mijn gezicht. Wat voelde ik me heerlijk! Af en toe kwam er een enorme golf en gingen we super schuin. Soms kwam er een golf over het bovendek heen en werden we helemaal nat. Wat hebben we gelachen deze wacht, al waren we ontzettend blij dat we na vier uur in de kou eindelijk naar binnen mochten en een warme lunch kregen.
Blog 21 - 22/03/20
We zitten al elf dagen op zee.
Naar verwachting komen we op 8 april aan op Terschelling: nog eventjes doorvaren dus! Ondertussen vermaken we ons gelukkig wel. Omdat het weer niet bijzonder spannend was, heeft de nautische bemanning de bramrace in het leven geroepen. Dit is een wedstrijd waar je met je wacht, dus maximaal vijf personen, alle bramzeilen (het bezaanbramstagzeil, het grootbramstagzeil, de bovenbram en de onderbram) zo snel mogelijk strijkt en weer zet. Daarbij moet je op koers blijven, dus er moet één roerganger zijn, die af en toe wel achter het roer vandaan kan rennen.
Eerst was het de beurt aan de nautische bemanning, dus Sam, Job, Alex en Tom (Jehanne sliep) trokken uit alle macht aan de lijnen en sprintten over dek. Binnen 4 minuten en 11 seconden waren alle bramzeilen gestreken en weer gezet.
Nu was het de beurt aan ons. Iedere wacht maakte een plan en tijdens de dagwacht startte een nautisch bemanningslid de timer. Het was nu de beurt aan mijn wacht, 9-1 van ploeg 2. Jehanne telde af en daar gingen we! Het ging heel aardig, we verbraken het record van alle andere wachten, maar we kwamen niet eens in de buurt van de tijd van de bemanning. Toch waren we best trots op onze 9 minuten en 40 seconden.
Het rustige weer maakte al snel plaats voor hoge golven, veel wolken en regen. De wachten waren koud en de golven sloegen soms tot zelfs over het boendek! De wind zat absoluut niet mee en ertegenin motoren was geen optie, dus hebben we twee prachtig lusjes gevaren. Van de 800 mijl die we nu hebben gevaren, hebben we er maar 200 richting Nederland gevaren. De andere 600 waren rondjes.
Ondertussen probeert de keukendienst een beetje creatief te koken, er raken namelijk een heel aantal dingen op. Gelukkig hebben we meer dan genoeg eten voor tot aan Nederland, alleen de luxe producten, zoals suiker, pindakaas, olijven, sinaasappelen, meel, tonijn, kaas en honing zijn nu schaars of helemaal op. De broden worden nu gebakken met haver en de vieruurtjes zijn voornamelijk poffert of havermout koekjes van de overgebleven havermout van het ontbijt. Ook eten we lekker veel rijst (rijstepap, hartige rijst, rijstsalade, rijst met groenten, rijst met vlees...). De keukendienst slaagt er gelukkig tot nu toe gelukkig altijd in iets heerlijks klaar te maken!
Er kwam beter weer aan, dus de sollicitaties voor de volgende scheepsovername konden beginnen. We leverden allemaal een sollicitatiebrief in bij Sander en wachtten onze sollicitatiegesprekjes af. Er was een probleem; de scheepsovername kon niet beginnen, omdat we geen keukendienst hadden. Gelukkig was er al snel een heel aantal vrijwilligers gevonden, dus konden we toch aan onze gesprekjes beginnen. Ik solliciteerde samen met zeven andere SaS’ers voor bootsman. Als bootsman ben je verantwoordelijk voor het dek en heb je, na je stuurman, de leiding over de matrozen uit je wacht. Een dag na onze gesprekjes hadden we een salonnetje en Sam vertelde ons alle functies. We hadden een gezellig keukenteam, mensen die aan het jaarboek zouden werken, Elly werd kapitein en ik kreeg een van de drie functies als bootsman! Ik was super enthousiast en heel tevreden met de wacht die ik van Elly had gekregen: de 1-5, bij stuurvrouw Maura. De wind veranderde van 30 knopen halve wind naar een rustige 20 knopen ruime wind en we konden dus heerlijk cruisen.
Op 20 maart om 09:00 uur maakte Elly de wachten bekend aan de matrozen: de scheepsovername was begonnen. Mijn eerste wacht had ik lekker veel te doen. We konden een hoop zeil zetten door de gunstige wind en we gingen lekker vooruit. Ik was best trots op hoe goed het lukte iedereen aan te sturen en op hoe vlot alles ging.
Na de wachtwissel met de 5-9 wacht, had Elly bedacht dat we nog eens de bramrace zouden doen. Met drie stuurmannen, onze kapitein Elly en een bootsman, maakten we een plan. Een kwartier later startte Tom onze tijd en sprintten Maura, Sterre, Sem, Elly en ik over het dek („Niet rennen aan dek!“ aldus een lichtelijk gestreste Sander) en probeerden we een mooie tijd neer te zetten. Helaas schoot de val van het grootbramstagzeil in de knoop bij het strijken, waar we veel tijd op verloren en we eindigden met een matige tijd van 9 minuten en 48 seconden. We gaan het, als de wind dat toelaat, nog eens proberen. ‚
's Avonds na het avondeten was er een spelletjesavond, georganiseerd door Kris. Voordat we konden beginnen, gingen we echter op de motor varen om sneller op een punt te komen waar we betere wind konden pakken en moesten we al het zeil strijken. Er moest in korte tijd een heleboel gebeuren, dus de helft van de wacht werd aangestuurd door Chiara, de bootsman van de 5-9, en ik stuurde de andere helft aan, zodat er meer tegelijk gebeurde. Al het zeil was snel weg en we konden rustig doorvaren op de motor. De 5-9 wacht kon op stand-by in de salon meedoen aan de spelletjesavond en alleen de stuurman en de bootsman moesten wacht lopen tot we weer zouden zeilen. Bijna iedereen zat in de salon en we keken eerst naar de foto’s die onze scheepsfotograaf Albertine die dag had gemaakt. Daarna speelden we Jungle Speed, Set, Zweeds pesten en Bullshitten.
We hebben heel fanatiek gespeeld en we hebben veel gelachen. Om 01:00 uur was het tijd voor mijn nachtwacht en zetten we samen met de 9-1 wacht een aantal zeiltjes. De nachtwacht ging snel voorbij, want we hadden veel te doen met een draaiende wind, en om 05:00 uur konden we lekker ons bedje inkruipen. De scheepsovername gaat door tot we 350 zeemijl hebben gevaren, dus waarschijnlijk nog twee dagen. Het is leuk om te zien hoe alles loopt en ik ben super blij met mijn functie als bootsman!
Blog 20 - 15/03/20
De boodschappen waren gedaan, de loods was weer op spectaculaire wijze van boord gesprongen op het Pilot bootje nadat hij ons veilig door de vaargeul had geloodst en we zagen Bermuda achter ons uit het zicht verdwijnen. We waren weer vertrokken, dus het was tijd om de vlag van Bermuda weer naar beneden te halen. Tot onze verbazing hing er boven de vlag een cadeautje van The Pelican of London: een bh die bedoeld was voor de blote borst van ons boegbeeld, waarop geschreven stond: #noharbourwatches. De leerlingen van The Pelican hadden dus een grap met ons uitgehaald omdat ze het maar raar vonden dat wij in de haven geen nachtwacht lopen. We konden er om lachen en we waren blij dat ze niet zo’n grap hadden uitgehaald als hun grap van vorig jaar bij de Thor Heyerdahl, die ze ’s nachts roze geschilderd hadden.
We waren drie dagen op zee, toen we naar de salon geroepen werden. Er was wat aan de hand: er waren twee koppeltjes die - tegen de SaS-kaders in - bij elkaar in de hut hadden geslapen en het was naar buiten gekomen dat er drie mensen hadden gerookt en gedronken op eigen reis Cuba. We schrokken hier allemaal van en de sfeer aan boord was gelijk een stuk minder goed.
De volgende dag werden we nog een keer naar de salon geroepen. Door het Corona virus zijn de Azoren op slot, wat betekent dat we direct door naar Nederland varen. We zitten dan dus tussen de twintig en de dertig dagen op zee, wat we allemaal best wel spannend vinden. Ook kregen we het nieuws dat alle scholen in Nederland en België dicht zijn. Helaas betekent dat voor ons niet dat we niet meer aan school hoeven te werken; wij gaan gewoon door om een lekkere inhaalslag te maken. Afgezien van het feit dat de sfeer niet optimaal is op het moment en dat we helaas nu al direct naar huis gaan, gaat alles hier aan boord gewoon zijn gangetje.
Gelukkig is het prachtig weer om te zeilen!
Blog 19 - 08/03/2020
Soms was er ontzettend veel wind, hingen we heel schuin en liepen we met alleen de fokkenra en de stagfok ruim tien knopen, soms was er helemaal geen wind en voeren we op de motor. Op 3 maart zagen we dan na elf dagen varen zagen we dan eindelijk Bermuda voor ons opdoemen. Het water was ongelofelijk blauw en de bomen prachtig groen. Omdat de vaargeul waar we doorheen moesten varen om in de haven te komen zo smal was, kwamen er mensen uit de haven van Bermuda ons helpen. Toen we bijna bij de geul waren, vaarde er een klein pilotbootje op ons af. Het bootje ging vlak langs ons varen, zodat twee schippers aan boord van onze Thalassa konden springen. De vaargeul was heel smal, maar wel heel mooi: we zagen pastelkleurige huisjes met witte daken, helderblauw water en indrukwekkende rotsen.
Toen we veilig in de haven lagen, klaarden we snel in, waarna we eindelijk weer de kant op konden. Op de kade konden we voetballen en rennen en we kletsten wat met de leerlingen van The Pelican of London, een schip met Duitse leerlingen die deelnemen aan een soortgelijk project als SaS. Toen was het tijd voor filmavond. De eigenlijke filmavond was namelijk afgelast omdat we te schuin hingen. We keken een documentaire die Thomas en Ties hadden gemaakt tijdens de scheepsovername. Super leuk om te kijken, want hij was heel goed gelukt! Toen keken we The Interstellar en voor de liefhebbers was er daarna nog een film (Sam was van boord, dus het was natuurlijk een groot feest), maar die heb ik niet gezien, want ik wilde de volgende ochtend vroeg opstaan. Samen met Sander en wat mede-SaS’ers stond ik namelijk om 06:15 uur op om een ochtendwandeling te maken. We keken eerst de adembenemende zonsopkomst vanaf het schip en liepen daarna het dorpje St. George’s in. Na twintig minuten te hebben gewandeld, kwamen we aan bij een kleine baai. Het water was nóg blauwer dan in de haven en er stonden overal hoge steenpilaren, uitgesleten uit rotsen door het water. We liepen over de rotsen heen en gingen op het strand liggen. Op de terugweg kwamen we langs een golfbaan, waar we ons vermaakten door van een hoge heuvel af te rollen wat er (tot Sanders ergernis) toe leidde dat we te laat kwamen voor het ontbijt. Na het ontbijt was het voor iedereen tijd voor school.
Om 16:00 uur begonnen we met het schoonmaken van het schip; de leerlingen van The Pelican of London kwamen namelijk langs om te kijken hoe het leven bij ons aan boord was. Om 17:00 uur kwamen zij bij ons en wij gingen bij hen aan boord. We waren het er wel over eens dat onze Thalassa mooier was dan hun schip, maar ja, zij hadden wel een airco en een bad! Sam nodigde de Duitse leerlingen uit voor een filmavond bij ons, dus die avond propten we ons met zeventig leerlingen op de banken in de salon (de grond lag ook aardig vol op gegeven moment) en keken we Pirates of the Caribbean deel 5. De volgende ochtend stond ik nóg eerder op, Sander zou diegenen die dat wilden namelijk meenemen naar het baaitje waar we de dag ervoor waren geweest om te zwemmen. Met een stuk of tien mensen renden we om 06:30 het ijskoude water in. Het was super gaaf om te zwemmen in zo’n mooie baai! We hebben ontzettend veel gelachen en lekker geklierd in het water, maar na een tijdje werd het ons toch te koud, dus kleedden we ons maar weer aan en liepen (na een keertje van de heuvel te zijn afgerold) terug naar het schip. Het ontbijt stond voor ons klaar toen we terugkwamen op het schip, en toen we onze havermout op hadden, mochten we broodjes smeren voor die middag. We hadden namelijk vrije tijd. De keukendienst had ook heerlijk suiker-kaneelbrood gebakken om de verjaardag van Bart te vieren, dat we met onze laatste boter en nog wat extra suiker opaten.
Daarna vertrokken we van het schip. We moesten pas om 22:00 uur terug zijn, dus de meesten van ons pakten de bus naar een wat groter stadje, Hamilton. Het viel ons allemaal op dat de mensen op Bermuda hier ontzettend beleefd en gezellig zijn. Heel vaak beginnen mensen gewoon een leuk gesprek en iedereen groet elkaar op straat. Na een hele dag eten, winkelen en nadat we allemaal een beroemde Bermuda-trui hadden ingeslagen, kwamen we weer terug op het schip, waar de docenten net begonnen waren met het kijken van een film. We mochten er gewoon lekker naast komen zitten, dus hadden we nu voor de derde dag op rij filmavond! De volgende dag, 6 maart, had ik keukendienst met Bella en Lucas. Dat bleek alleen nog een hele uitdaging, want alles was op! De melk, de boter, de eieren, de aardappelen, bijna alle groenten en bijna al het fruit. Het enige dat we nog in overvloed aan boord hebben, zijn uien en grote zakken rijst. Het lukte ons gelukkig wel iets lekkers in elkaar te flansen. Wegens gebrek aan eieren voor cake of koekjes, experimenteerden we wat met cacaopoeder en hagelslag, dat we samen met een beangstigende hoeveelheid suiker door het brooddeeg gooiden, zodat we uiteindelijk best wel lekker chocoladebrood kregen. De dag erop had iedereen gewoon school. Om 12:15 uur nam Heleen ons mee naar een toneelstuk bij het stadhuis van St. George’s over martelmethodes van vroeger. De geschiedenis werd op komische wijze aan ons laten zien en hoewel de martelmethodes naar waren, was het toneelstuk erg grappig om te zien. ’s Avonds stond na 21:00 uur opeens iedereen in de keuken, omdat er een nieuwe regel was ingegaan. Bermuda is onze laatste bestemming waar we onze dollars kunnen gebruiken, dus iedereen heeft enorme hoeveelheden eieren, cake- en pannenkoekenmix ingeslagen. Om te voorkomen dat al deze koekenbakkers de keukendienst en de nachtrust van mensen verstoren, mag er alleen tussen 21:00 uur en 22:30 uur gebakken worden in de keuken. De helft van alle SaS’ers stond nu dus in de keuken lekker te kokkerellen, terwijl de andere helft een film keek, het was nu namelijk wél echt filmavond. Een aantal SaS’ers zochten allerlei manieren om eitjes te bakken en te koken, Sam had namelijk gezegd dat er geen gas gebruikt mocht worden voor eigen gebruik, dus lagen er eitjes in de oven, eitjes in de warmhoudkast, eitjes in het tosti-ijzer, eitjes in de waterkoker en eitjes op de warmhoudplaat van het koffiezetapparaat. Veel te laat was iedereen klaar met kokkerellen en keerde de rust terug in het schip. Vanochtend was het zondag, wat normaal gezien betekent dat we een uur uit kunnen slapen, maar omdat de zomertijd inging, ging de klok een uur vooruit en kregen we niet meer slaaptijd dan normaal. Na hard aan school te hebben gewerkt mochten we om 16:00 uur onze spullen opruimen en het schip schoonmaken. Daarna was het tijd voor een ouderwetse speurtocht, die Tinke, Antoine en Pia hadden georganiseerd. De speurtocht eindigde in een verlaten fort, waar we een potje levend stratego speelden. Na het eerste potje was er gelukkig nog net tijd voor een tweede, dus konden we nog eventjes een uurtje extra rennen, klimmen, springen en gillen om al onze energie kwijt te raken. Morgen gaan we eindelijk weer boodschappen doen, dus kunnen we weer wat meer koken dan rijst met bonen en uien. Daarna vertrekken we alweer naar onze laatste stop: de Azoren.
Blog 18 - 01/03/20
Tijdens het allerlaatste uurtje van de eigen reis in Cuba was een mede-SaS’er haar paspoort kwijtgeraakt. Een hele prestatie. Zij was samen met Sam nog naar het restaurantje geweest waar het paspoort was kwijtgeraakt, maar daar hadden ze niets gevonden. Omdat we Cuba zo snel mogelijk wilden verlaten, nam Sam de mede-SaS’er en mij mee naar Havana, waar we naar de Nederlandse ambassade zouden gaan om verlatingspapieren aan te vragen. Na een hele tijd op de taxi gewacht te hebben in de haven van Cienfuegos, vertrokken we naar Havana. ’s Avonds aten we in een klein restaurantje langs de weg, waar de taxichauffeur ons mee naartoe genomen had. We hadden heerlijk eten, typisch Cubaans, waarna we nog het laatste uurtje naar Havana reden.
We werden afgezet voor onze casa van die nacht. We bevonden ons in een wat rijkere achterbuurt van de grote stad. Toen we in ons bed lagen, werd Sam gebeld: het paspoort was gevonden in Cienfuegos! De volgende ochtend ontbeten we in een gezellig, lokaal tentje dat de eigenaar van de casa ons had laten zien. We liepen door de wijk en zagen alleen maar grote huizen, met pastelkleuren, grote zuilen en hoge deuren, maar bij de meesten blakerde de verf af en waren de ijzeren hekken met de bloemenpatronen en krullen roestig. “Vergane glorie,“ zei Sam. De eigenaar van de casa bracht ons in zijn kleine witte autootje naar de ambassade. Onderweg zette hij de radio aan, maar die sloeg op hol, dus hoorden we telkens alleen de eerste vijf seconden van een liedje, waarna de radio vanzelf naar het volgende liedje sprong. We hebben er met z’n allen om gelachen.
Bij de ambassade hoefden we alleen even kort de aanvraag van de verlatingspapieren te cancelen. Daarna konden we al direct in de volgende taxi springen, die ons weer terug naar Cienfuegos bracht. Eenmaal weer terug in de haven, lunchten we iets en al snel kwam een havenmedewerker naar ons toe met het paspoort, dat was teruggevonden in het restaurant waar mijn mede-SaS’er het ook had verloren. We zijn dus een beetje voor niets naar Havana geweest, maar heel erg vonden we dat niet.
Na deze kleine vertraging vertrokken we een dag later dan gepland naar Bermuda. Hiermee begon ook gelijk onze tweede scheepsovername. Op de dag van de hutwissel hadden we allemaal een sollicitatiegesprekje gehad en bij het verlaten van Cuba nam iedereen zijn nieuwe functie in. Bart, onze kapitein deze overname, moest er dan ook helemaal zelf voor zorgen dat we de baai veilig uit zouden komen en dat we de goede richting uit zouden varen. Tijdens deze scheepsovername was ik personal assistent van Sander. Ik had eigenlijk gesolliciteerd voor matroos, maar omdat ik best wel vermoeid ben door weinig slaap, vonden Sander en Sam het een beter idee als ik PA zou zijn deze overname. Ik kon wachtlopen als ik wilde, maar ik kon ook gewoon gaan slapen als dat nodig was. Verder moest ik dus voor Sander zorgen. De eerste ochtend maakte ik een extra ontbijtje voor Sander en haalde ik wat koffie. Al snel haalde ik alleen maar koffie en water en bracht ik Sander zijn eten, dus ik liep wat wachten mee en las wat, maar heel veel heb ik niet gedaan gedurende deze drie dagen. Maar goed, dat was immers ook de bedoeling. Ik was tijdens deze scheepsovername ook het proefkonijn van Elena, die een spa was begonnen, dus dat was wel erg genieten. Nadat ik alle massages had goedgekeurd, boekte ik een massage voor Sander. Ook boekte ik voor de volgende dag een yogales voor mij en Sander, samen met Sam en met Noor (de PA van Sam). Die hebben we toen enthousiast gevolgd - behalve Sam dan, die is niet zo lenig. Nadat onze kapitein, stuur- en bootsmannen en matrozen ons veilig driehonderdvijftig zeemijl richting Bermuda hadden gebracht en de keukendienst drie dagen lang heerlijk voor ons had gekookt, gingen de normale wacht- en schooldagen weer in. Ik had school en om 21:00 uur zou ik wacht hebben. De zon ging onder en aan bakboord zagen we de verlichtte skyline van Miami liggen. We waren ontzettend dicht bij Amerika! Ik ging even buiten kijken, toen de wacht vroeg of ik even wilde helpen het grootzeil te hijsen. „1, 2... 1, 2,“ riepen we en we trokken hard aan de val. Opeens begon het keihard te regenen. Een dikke regenbui trok over ons heen en daar stond ik dan, in mijn korte broek en shirtje. Toen ik om 21:00 uur wacht had, hees ik me voor het eerst in lange tijd weer in mijn zeilpak. De wachten zijn niet meer zo rustig als in de Caraïben: er zijn veel buien, er staat veel wind en soms draait de wind onverwachts compleet de andere kant op. Buiten is het heel erg koud en er staat ontzettend veel druk op de zeilen, dus zomaar in je eentje een lijntje aantrekken kan ook niet meer. Gisteren kwam onze stuurman Tom naar binnen om te zeggen dat alleen de wacht nog naar buiten mocht. De rest bleef binnen en alle waterdichte deuren gingen dicht. We mochten ook niet meer in ons eentje naar het bovendek lopen voor de wachtwissel. Voor de veiligheid zijn overal staalkabels opgehangen, zodat we ons kunnen vasthaken met tuigjes als er een keer een hele heftige bui aankomt. Gelukkig hebben we dat nog niet meegemaakt. Het is ontzettend gaaf zeilen zo: al die hoge golven en harde wind. En we zien ook weer vaak dolfijnen en lichtgevende algen, maar het is maar al te duidelijk dat het cruisen in de Caraïben er nu echt op zit. We zijn op weg naar huis, en vanaf vandaag mogen we officieel zeggen dat we volgende maand alweer in ons eigen bed slapen. En wat het weer betreft: tja, welkom in de Bermudadriehoek!
Blog 17 - 23/02/20
De nieuwe hutindeling was bekend, net zoals de groepjes van eigen reis. Alle spullen waren gepakt en op 12 februari stonden we allemaal klaar om met de bijboot naar de kant te gaan. Ik zat weer in het groepje van Jehanne, onze eerste stuurvrouw, samen met Lianne, Tinke, Lara, Tobias en Tijl. We namen afscheid van elkaar en nadat we met onze backpacks door de douane waren geweest, konden we vertrekken. We propten ons met z’n zevenen plus zeven backpacks in een kleine tuktuk en raceten vanaf de haven van Cienfuegos naar het busstation. Daar probeerden we een rit naar Matanzas te regelen, maar dat ging niet zo makkelijk als dat we hadden gedacht. We probeerden af te dingen, maar meneer Nors, zoals we hem maar hebben genoemd, wilde niet meewerken. Pas toen we al bustickets naar Havana (we hadden ons plan maar gewijzigd, want Matanzas ging ’m echt niet worden) gekocht hadden, kwam meneer Nors nog met een betere prijs. Toen het ons gelukt was om de bustickets te cancelen, hadden we om 16:00 uur dan eindelijk een taxi voor 91 CUC naar Havana voor ons zevenen. Na vier uur rijden kwamen we aan in het centrum van Havana en regelden we een slaapplek met een vriend van de taxichauffeur. We kregen een heel mooi appartement recht tegenover het Capitolio. Toen we ons allemaal geïnstalleerd hadden, gingen we nog even de stad in om het nachtleven van Havana te beleven. We zagen een gezellige rooftopbar vanaf een leuk pleintje en liepen het hotel in waar het barretje bij hoorde. Eenmaal boven, troffen we een live bandje en een heleboel salsa dansende Cubanen aan. We vonden het erg gezellig, maar gingen toch al snel weer terug naar ons appartement, omdat we zo moe waren van het reizen.
De volgende ochtend werden we om half acht wakker en Tinke, Jehanne en ik gingen op zoek naar een supermarkt om ontbijt te kopen. We vonden er eentje, maar ontbijt vinden was een grotere opgave. Er was namelijk bijna niks. Er was niet veel meer dan pasta, cornflakes, aanmaakmelk en jam te vinden. Het werd dus cornflakes met aanmaakmelk. In het keukentje van ons appartement maakten we het klaar. Het smaakte verrassend goed. Om 10:00 uur zijn we de stad in gegaan, hebben we naar souvenirs gezocht en in allerlei leuke winkeltjes gekeken. ’s Middags hebben we in een rooftopbarretje pizza gegeten. Ook hier was weer een bandje aan het spelen, alleen speelde dit bandje vooral heel irritante muziek en moesten we ze later ook nog eens betalen met ons beperkte budget. Pizza hebben we de hele week lang nog veel gegeten, net als hamburgers en pasta, omdat dit zowat de enige dingen waren die ze overal hadden en die binnen ons budget vielen. Ochja, heel veel moeite hadden we daar niet mee. ’s Avonds aten we - eh, nou ja - pizza en daarna gingen we nog eens naar het barretje waar we de avond daarvoor eventjes waren geweest. We bestelden virgin mojito’s en dansten wat met elkaar op de muziek van het bandje. Na een half uurtje werden we opeens verrast door een ander groepje SaS’ers, dat het barretje blijkbaar ook gevonden had. Op gegeven moment raakten we in gesprek met iemand uit Australië, die in het hotel verbleef. We vertelden hem over School at Sea, waarna hij ons verbaasd vroeg hoe we dan hier naar boven waren gekomen. Gewoon, met de lift, zeiden wij. Hij moest lachen, want dit was een 18+ bar! Oeps! Na nog wat feesten, gingen we dan toch maar weer naar ons appartement.
We werden wakker in ons appartement tegenover el Capitolio in Havana. We ontbeten cornflakes met aanmaakmelk, die we de vorige dag in een kleine supermarkt hadden gekocht. Ik vraag me echt af wat Cubanen de hele dag lang eten, want zoals ik al zei is er niet zo veel in de supermarkten. In een wijkje iets verder uit het centrum hadden we de dag van tevoren een kleine bakkerswinkel gevonden, waar we heel goedkoop broodjes hadden gehaald en bij een heel klein kraampje hadden we koolsla en wat tomaten gekocht, waarmee we onze lunch voor vandaag maakten. Na het ontbijt en het maken van de lunch liepen we de stad in, op zoek naar leuke souvenirtjes voor onze vrienden en familie. Nadat we zowat alle winkeltjes af waren gegaan en we hetzelfde marktje veertig keer waren afgelopen omdat ze er zo veel leuke spulletjes hadden, aten we onze lunch. Hierna zijn we naar een Wifi-spot gegaan. In Cuba zijn er weinig plekken met internet (het is er vooral op sommige openbare pleinen en in sommige hotels en restaurants), maar bij dat soort plekken kun je kraskaartjes kopen met een code en dan kun je één uur FaceTimen en internetten. Wat was het fijn om weer even iedereen thuis te spreken! Om 16:00 uur stond er een traditionele taxi voor ons klaar voor ons appartement. De dag ervoor hadden we flink onderhandeld om een taxi te regelen die ons vandaag naar Viñales zou brengen. We zaten best krap, maar wel comfortabel. Een aantal verloren hoeden (de deur was opeens open gevlogen, dus toen waren de cowboyhoeden die Tinke, Tobias en Lara die dag hadden gekocht opeens weg) en een lange, hobbelige rit later kwamen we aan in Viñales, waar we eerst een casa particular zochten om te slapen. We hebben nog lekker gegeten in een restaurantje en zijn daarna naar een straatfeest gegaan. Het was namelijk Valentijnsdag: alle reden voor een feestje dus! En weer kwamen we een heleboel andere groepjes tegen; iedereen wilde in Viñales paardrijden. Het was erg gezellig en na het feestje hebben we met het groepje nog een lekker ijsje gegeten.
’s Ochtends ontbeten we in de casa. Tot onze verbazing was er van alles: broodjes, kaas, ham, honing, koffie en boter. Toen we helemaal vol zaten, kwam er iemand naar de casa die ons een paardrijtocht of wandeling langs tabaksplantages wilde verkopen. Aangezien ik allergisch ben voor paarden, probeerden we te regelen dat de rest zou gaan paardrijden en dat ik er vooruit kon fietsen. Helaas kon dat absoluut niet volgens de man die ons de tocht probeerde te verkopen, dus uiteindelijk hebben we toch maar de wandeling geboekt. Om half 10 stond er een taxi voor ons klaar naar het natuurgebied, waar we een Spaanse gids kregen (een Engelse was er namelijk niet). We liepen langs plantages en langs een meertje en af en toe legde de gids iets uit, waar niemand iets van verstond. Na zo’n drie uur wandelen kwamen we bij een uitzichtpunt, vanaf waar we een prachtig uitzicht hadden over de hele vallei: hoge, groen begroeide rotsen, plantages met rode grond en enorme vogels die daarboven hoog in de lucht cirkelden. Toen we nog een stukje verder liepen, kwamen we bij een grote rots aan, waar we met een andere gids een grot in konden. Het was heel cool om alle druipstenen en vleermuizen te zien. We kregen ook nog een rondleiding langs een tabaksplantage. Yuri, een tabaksboer met zware cowboylaarzen en een grote cowboyhoed die wel Engels kon, liet ons zien hoe de sigaren in Viñales gemaakt worden. Hij verteld dat 90% van de tabak die de boeren hier produceren naar de overheid gaat. De rest mogen ze zelf houden en op een natuurlijke manier, zonder chemische toevoegingen, worden de sigaren gemaakt. Hij liet ons zelfs nog zien hoe ze zo’n sigaar rollen. Daarna vertelde zijn neef Rafael ons over de rum, koffie en honing uit deze regio. Toen we met de taxi terug waren gebracht naar het centrum, verplaatsten we onze backpacks naar een nieuwe casa, wat dichter in het centrum. Na een lange, vermoeiende dag was het tijd voor nóg een feestje. Ondertussen waren bijna alle eigenreisgroepjes gearriveerd in Viñales en die kwamen we dan ook allemaal tegen op het feestje. We hebben heerlijk gedanst op de meest vreemde remixen van liedjes die wij kenden en schaamden ons een beetje omdat wij zo belabberd salsa dansten vergeleken met alle Cubanen.
De volgende dag ontbeten we de vieste cornflakes met koffiemelk óóit. Toen kochten we nog maar wat broodjes als ontbijt, want we hadden nog honger nadat we die cornflakes door de wc hadden gespoeld. Het was ons toch gelukt een tour te boeken waarbij we konden paardrijden en fietsen naast elkaar, dus dat stond op de planning voor vandaag. Vier van ons gingen mee in de taxi naar de plek waar we zouden paardrijden, twee mensen moesten fietsen, zodat we die daar zouden kunnen gebruiken, en ik ging achterop de motor bij een Cubaan. We kwamen al snel aan bij precies hetzelfde natuurgebied waar we de dag ervoor waren geweest, wat betekende dat we precies hetzelfde rondje nog eens zouden doen, alleen nu te paard. Gelukkig kregen we de uitleg over de tabak, koffie, honing en rum op net een ander boerderijtje en was het uitzicht nog steeds heel mooi. Lianne bleek, nadat ze een kwartiertje had paardgereden, ook allergisch te zijn, dus hadden we geluk dat we twee fietsen hadden gehuurd. Met Lianne fietste ik voor de paarden uit, wat niet heel handig was, aangezien wij veel sneller waren en wij de weg niet wisten. Het was allemaal nog prima te doen, tot het heetst van de dag aanbrak en we door een rivier (de paarden draafden daar natuurlijk moeiteloos doorheen) moesten fietsen, een grote heuvel op moesten en mijn ketting eraf viel. Toen waren we er wel een beetje klaar mee. Gelukkig was de tour snel daarna afgelopen en konden we lekker koud douchen in de casa. We hebben nog twee uurtjes internet gepakt op een pleintje in Viñales en probeerden daarna alvast een taxi te regelen voor de volgende dag. We wilden graag naar Playa Larga, maar alle taxi’s waren ontzettend duur. Na een uur onderhandelen in ons krakkemikkige Spaans - dat was trouwens onderhand al een stuk beter geworden: ik kon de grote lijnen al verstaan als de Cubanen langzaam praatten - hadden we de volgende ochtend om 07:30 uur een taxi voor onze casa naar Havana, vanaf waar we een taxi naar Playa Larga zouden pakken. Daarna was het toch maar tijd voor een salsa les. Na een uur lang les, konden we het dan eindelijk een beetje en hebben we dat ’s avonds nog eventjes uitgetest bij een cafeetje waar een bandje live muziek stond te spelen.
De volgende ochtend haalde een oud busje ons op voor onze casa. We reden langs wat andere casa’s om nog mensen op te halen en toen raceten we richting Havana. Net een halfuur voor Havana, stopten we bij een tankstation en moesten we overstappen naar een andere taxi. We waren alleen vergeten dat we onze eerste taxichauffeur pas 60 van de 125 CUC hadden betaald, omdat we de andere helft achteraf zouden betalen. Toen we in Havana aankwamen, waren we dus voor 60 CUC gereisd! We probeerden een taxi naar Playa Larga te regelen, maar dat was ook nog niet zo gemakkelijk. Na twee uur hadden we dan eindelijk een nieuwe taxi geregeld. Net voordat we in wilden stappen, kwam de taxichauffeur die we per ongeluk hadden opgelicht aan geracet om de rest van zijn geld te halen. Helaas, we waren dus toch nog die 65 CUC kwijt. Rond een uur of vier kwamen we aan in Playa Larga, waar we meteen een casa zochten. Bij het avondeten waren we allemaal heel tevreden. “Aaah, lekker rustig zo, zonder al die andere groepjes!“ Maar die rust was van korte duur: toen we na het avondeten op zoek gingen naar een plek waar we een taart konden halen voor Tobias, die de volgende dag jarig was, kwamen we toch nog een ander groepje tegen. Die waren net zo verbaasd als wij dat zich hier toch nog een ander groepje bevond. Gelukkig zouden we onze rust snel terugkomen, zij zouden namelijk maar één nacht blijven, en wij twee.
Om 08:00 uur stond er ontbijt voor ons klaar in de casa. De eigenaars van de casa hadden toen we de paspoorten hadden gegeven gezien dat Tobias vandaag jarig was, dus ze kwamen met een enorme, blauwe suikertaart naar buiten! Super lief! We zongen voor Tobias en gaven hem ons cadeautje voor hem. Na een heerlijk ontbijt en heel veel taart, gingen we richting het strand. Daar hebben we heerlijk gelegen, cocktails (sin alcohol natuurlijk) gedronken en geluncht. Rond 16:00 uur gingen we terug naar de casa om ons te douchen en de restjes van de taart te eten. Hierna zijn we het stadje ingelopen. We hebben op een pleintje een taxi geregeld voor de dag erna, hebben alvast internetkaartjes gekocht voor de dag erna en zijn daarna uit gaan eten. We hadden de vorige dag zelf ook al een taart geregeld voor Tobias, dus die probeerden we nu mee te smokkelen naar het restaurant waar we gingen eten die avond. Dat lukte soort van. Na heerlijk gegeten te hebben, kwam de chef-kok van het restaurant de taart met kaarsjes erin brengen. Tobias moest lachen, het was namelijk precies dezelfde taart als die ochtend, alleen was hij nu knalroze. De taart kregen we niet op, zelfs niet met behulp van de chef-kok en de ober, dus hebben we de rest in stukjes gesneden en op het strand uitgedeeld. We maakten nog een gezellige avondwandeling en doken daarna ons bed in.
De laatste dag van eigen reis. We zouden nog ruim voldoende geld overhebben voor die dag, maar ’s ochtends bleek dat toch net iets anders te zijn. Door een rekenfout bleken we 150 CUC minder te hebben dan gedacht. Dat was een tegenvaller, maar we zouden nog ruim voldoende hebben voor lunch en avondeten. Na ontbijt in de casa, gingen we naar het pleintje waar onze taxi zou komen, maar toen die niet op kwam dagen, hadden we een probleem. We probeerden een nieuwe taxi te regelen, maar dat was gelijk een stuk duurder dan gedacht. Na een paar uur hadden we dan iets geregeld. We zouden nu met twee taxi’s opgehaald worden, wat eigenlijk tegen de regels van de eigen reis ingaat, omdat je absoluut niet mag opsplitsen als groepje. Het ging nu alleen écht niet anders. We zouden niet op tijd terug komen in Cienfuegos op een andere manier, dus belden we Sam om te vragen of hij een uitzondering kon maken. Na een bescheiden lunch van 1 CUC per persoon stapten we in onze twee taxi’s en kwamen we ’s middags aan in Cienfuegos, waar we onze internetkaartjes op een pleintje gebruikten, zodat we nog een uurtje konden bellen met onze ouders. We kwamen weer ontzettend veel groepjes tegen toen we over een marktje liepen en ze moesten allemaal een beetje lachen dat we nog maar 7 CUC in totaal overhadden om avondeten van te kopen. Uiteindelijk vonden we, weg van het centrum, een pizzatentje voor de locals, waar we voor 8 pesos pizza’s konden halen. Jehanne trakteerde ons nog op een drankje en met onze laatste 3 CUC betaalden we een taxi naar de haven, waar we om 21:00 uur na een lange week vol avonturen weer aan boord van onze geliefde Thalassa gingen.
Blog 16 - 09/02/20 30 januari mocht ik samen met Elly, Thomas A, Noor en Antoine mee boodschappen doen met Sam voordat we gingen vertrekken naar Cuba. We zijn namelijk allemaal 3’tjes. We hebben allemaal een cijfer gekregen op basis van onze voortgang en houding tegenover school. Bij een 1 moet je flink aan de bak nog deze laatste twee en een halve maand. Bij een 2 loop je prima bij, maar moet je wel goed door blijven werken en een 3 wil zeggen dat je ofwel helemaal bij of voor loopt, waardoor je tijd hebt om extra dingen te doen, zoals boodschappen, en eventueel extra wachtdagen mee te lopen. We gingen met de bijboot naar de kant om een enorme hoeveelheid fruit en groentjes op te halen. We propten alles in de bijboot en brachten het aan boord, waar we de hele voormiddag bezig waren met alles in het groentehok stouwen. Toen dat dan eindelijk was gelukt, gingen we weer terug naar de kant om op zoek te gaan naar meel. Op de een of andere manier zijn we namelijk veel te hard door ons meel gegaan, en de havermout is ook bijna op, dus binnenkort eten we alleen nog maar rijst, rijst en rijst. Nadat we tevergeefs een aantal supermarkten en bakkers langs waren gegaan, hebben we even pauze gehouden bij een restaurantje om te lunchen. Na een heerlijke burger en een lekker potje poelen, konden we weer op pad. We liepen naar het vliegveld om daar Sander op te halen. Hij was samen met Pascal, waar we nu echt afscheid van hebben moeten nemen omdat hij nu na drie maanden van boord is, naar Panama City gevlogen om het paspoort op te halen van een van mijn mede-SaS’ers, die de zijne was kwijtgeraakt tijdens eigen reis. Joelend ontvingen we hem op het mini-vliegveld met mini-vliegtuigen en maar één startbaan. Hij schaamde zich wel een beetje volgens mij, maar ’WELKOM THUIS SANDER!!!‘ Uiteindelijk keerden we terug naar de Thalassa met een aantal zware meelzakken, die we vanaf de winkel naar de bijboot hadden getild waardoor we nu helemaal onder het meel hingen, en met Sander, die blij was dat alles was gelukt met het paspoort.
Na een heleboel middendekjes door een vervelende sfeer in de groep en een aantal problemen die opgelost moesten worden en nog een laatste keer vrije tijd in Bocas del Toro, vertrokken we op 2 februari naar Cuba. Er waren weer een hele hoop mensen zeeziek en omdat ik me prima voelde, hielp ik ’s avonds mee met de afwas. De volgende dag ging het er ook niet al te best aan toe met de keukendienst. Alle drie de SaS’ers uit de keukendienst hingen regelmatig over de reling heen om een ‘even barfje te leggen’. Chiara en ik besloten toen te helpen, maar ook met ons was het een rampenkeukendienst. Er was geen planning, er waren te weinig mensen in de keuken en niemand was er echt bij met zijn hoofd, waardoor er catastrofes plaatsvonden, die varieerden van verbrande poffert tot het ontdooien van tachtig speklappen in plaats van veertig en tot het koken van aardappels in melk. We aten een uur later, maar het was wel lekker. En we konden er allemaal gelukkig wel om lachen, zelfs Sam.
De wachten en de schooldagen gingen weer in. 1-5 had een nieuwe stuurman: Tom. We hebben een heleboel gezellige wachten gedraaid, vooral onze laatste voor de aankomst in Cuba. We hadden de hele dag grote schoonmaak gehouden: het hele schip was van boven tot onder helemaal schoongemaakt en geschrobd, omdat ze in Cuba zo streng controleren op hygiëne en gezondheid. Die avond hadden we een welverdiende filmavond en daarna besloten we met de 1-5 wacht alvast te beginnen aan onze klussen, zodat we tijdens de wacht lekker konden chillen. We voeren namelijk op de motor, dus dan hoefden we niet veel te doen. We begonnen met het oppoetsen van het koper in de salon en maakten de eetzaal en de salon zelf ook nog eens schoon. Om 1 uur begonnen we toen aan de wacht, maar al snel bleek die helemaal niet zo relaxt als verwacht. We begonnen met het hijsen van de stagfok, het grootzeil en het grootbezaanstagzeil en we zetten de boven- en de ondermars. We dachten dat we nu wel even rustig konden zitten, maar al snel werden we weer aan het werk gezet: we pakten de kluivers en wat stagzeilen uit en gooiden er nog wat zeiltjes op en toen weer af. We stonden klaar om de kluivers te hijsen, toen Tom naar ons riep dat de wind was gedraaid; alle zeilen konden weer naar beneden worden gehaald. Het was een bewogen wacht en we waren blij toen we om 5 uur eindelijk ons bed in konden duiken.
Vanochtend kwamen we aan op Cuba. De keukendienst had pannenkoeken gebakken en na het ontbijt werden we gecontroleerd door een dokter, die aan boord kwam. Hij mat bij ons een voor een de temperatuur, terwijl we allemaal in een grote cirkel stonden. Het moet er nogal komisch hebben uitgezien. Toen werden we allemaal naar de kant gebracht om in te klaren. We moesten allemaal ons paspoort laten zien en een foto laten trekken, zodat de Cubanen er zeker van waren dat wij allemaal zijn wie we zeggen dat we zijn. Eenmaal terug aan boord klommen we met een hele groep 3’tjes de masten in, want de zeilen moesten worden ingepakt. Ondertussen kwamen er autoriteiten aan boord met drugshonden, die het schip kwamen controleren. Gelukkig was het schip mooi schoon en hadden we geen drugs verstopt aan boord, dus mogen we hier blijven. Morgen worden de eigen reis groepjes bekend gemaakt, net zoals de nieuwe hut indeling en de nieuwe wachten. Spannend!
Blog 15 - 29/01/20 19 januari was een zondag, dus eigenlijk hadden we een uurtje mogen uitslapen, maar we stonden gewoon om 8 uur op deze dag. We zouden namelijk vertrekken op onze eerste eigen reis! De dag ervoor waren de groepjes en de begeleiders bekend gemaakt en alle spullen waren gepakt. We werden allemaal naar de salon geroepen en we stonden te popelen om te vertrekken. Slecht nieuws, Dorine, onze wiskunde docente, die mijn groepje zou begeleiden, voelde zich heel slecht vanwege haar zonneallergie, dus we moesten nog maar een dagje afwachten of het beter met haar zou gaan, zodat ze met ons mee kon op eigen reis.
Na een keer overstappen in Sebanitas kwamen we een paar uur later aan in Panama City, een super grote stad. We zochten op Google Maps ons hosteltje op en begonnen te lopen. We hadden van het schip lunch meegekregen, maar die waren we helaas onderweg al verloren, dus aten we eerst maar wat kaneelbrood wat Jehanne in de supermarkt had gekocht. Later kwamen we langs een kraampje waar locals vers fruit verkochten en toen we ons project uitlegden, kregen we van hen heerlijk fruit en flesjes water, waarna we vol goede moed verder konden lopen naar ons hostel. Toen we ons eenmaal in onze kamers - we sliepen in gezellige gedeelde kamers met stapelbedden - en vervolgens naast het zwembad hadden geïnstalleerd, hadden we eventjes de tijd om naar huis te bellen. Wat was het fijn om iedereen weer te horen! Daarna vertrokken we naar een groot winkelcentrum, want we moesten boodschappen doen voor de dag erna, shoppen en ik moest speciale zonnecrème hebben, omdat ik ook veel last had van zonneallergie. Mijn doel voor deze week was een sombrero vinden, die zou namelijk erg goed passen bij mijn lange mouwen en lange broek waarmee ik door het warme Panama cruisete.
De volgende dag kregen we te horen dat het helaas te slecht ging met Dorine om mee te kunnen, dus kreeg ons groepje een andere begeleider. Als vierde groepje vertrokken we met onze backpacks volgepropt met de bijboot. Alex bracht ons achten, inclusief onze begeleider, onze nieuwe stuurvrouw Jehanne, naar de kant, waar ons avontuur begon. We hadden per dag 210 dollar in totaal. Daarvan moesten we voor acht personen reizen, eten en slapen, en als we wilden nog activiteiten doen. We liepen naar de dichtstbijzijnde winkel, waar we allemaal een internetkaartje scoorden. Toen pakten we de bus richting Panama City.
’s Avonds aten we in een klein fastfoodtentje en daarna was het tijd voor een potje poelen in het hostel. De volgende dag liepen we, nadat we heerlijke pannenkoeken hadden ontbeten, nog eens snel naar het winkelcentrum, want nog niet iedereen was geslaagd. Een kleine 2 uur later liepen we nog even snel langs het strand en toen liepen we naar het hostel om onze backpacks op te halen. We liepen naar het busstation en pakten de bus naar Albrook, het grote station van Panama City, vanaf waar we de bus naar El Valle de Anton pakten. In ons beste Spaans - stelt niet zo veel voor - kregen we met veel moeite de busprijs wat omlaag en eenmaal in El Valle, dongen we ons hostel ook nog een beetje af. We sliepen allemaal samen in een kamer waar de bedden in de muur zaten en waar de dekbedovertrekken de drukste patroontjes hadden, die allemaal vloekten. Gezellig was het wel! We liepen naar de supermarkt, waar we de benodigdheden voor het avondeten en het ontbijt en de lunch voor de dag erna kochten, en vervolgens langs een marktje, waar we heerlijk fruit en ook wat leuke souvenirtjes vonden. Die avond kookten we samen in de buitenkeuken naast het zwembad, terwijl we keihard meezongen met de muziek die door de speakers knalde. Na het eten namen we nog een lekkere duik in het zwembad, speelden we een paar potjes kaarten en maakten het plan voor de dag erna.
Na heerlijk te hebben geslapen in onze muur-bedjes, begonnen we om half 8 weer in de buitenkeuken aan het ontbijt. Bart en Sem maakten pannenkoeken, Nienke sneed ananas, Lianne en Maaike maakten broodjes voor de lunch, Noor zorgde voor een omelet voor bij de lunch en ik maakte de restjes van gister nog eens klaar om ook bij het ontbijt te eten. Toen we helemaal vol zaten, pakten we snel onze backpacks weer terug in en gingen we op weg naar het busstation. Dat was er alleen niet, dus probeerden we tevergeefs te liften en willekeurige, langsrijdende bussen aan te houden. Uiteindelijk vonden we een bus die ons naar Penenomé bracht, vanaf waar we een andere bus pakten naar Santiago. Hier kochten we heerlijke donuts om op te eten tijdens onze busreis, want die was nog lang niet voorbij. Vanaf Santiago pakten we, nadat we onhandig en omvallend met onze backpacks door het station waren gelopen, de bus naar Soná, en daarvandaan gingen we dan naar Santa Catalin. In onze laatste bus raakten we in gesprek met twee backpackers uit Amerika, die ons hulp aanboden met het zoeken van een hostel, aangezien wij er nog geen hadden. Het was super leuk om te vertellen over onze avonturen en te luisteren naar die van hen. Uiteindelijk werden we door het busje afgezet aan de kant van de weg. Er stond hier een groot bord met “Hotel Hibiscus: 1000 m“, dus begonnen we te lopen. Zwetend over het kleine zandweggetje door de heuvels en door de zon, met onze backpacks en met mijn lange mouwen. Na een kwartiertje lopen kwamen we aan bij het hotelletje en we kregen van Mateo, de super aardige eigenaar, 2 kamers voor 4 personen, waar we dankbaar onze backpacks afzetten en op onze bedden neerploften. We hadden geen avondeten, dus dat moest nog gehaald worden. De dichtstbijzijnde supermarkt was helaas in Santa Catalina, waar we zo’n 10 km vandaan zaten. Een deel van ons groepje ging de uitdaging aan en liftte naar de supermarkt om boodschappen te doen. De rest bleef in het hotel, waar we het prachtige zwarte strand opliepen om de zonsondergang boven de palmbomen te zien. Een heel avontuur verder, kwamen Sem, Jehanne en Maaike terug met de boodschappen en begonnen we met koken. In de keuken die bij het hotel zat, ontmoetten we ook nog een groepje Duitse backpackers, waarmee we gezellig kletsten tijdens het koken. Daarna was het nog tijd voor een filmavondje in een van de kamers, maar iedereen was zo moe dat we halverwege maar gestopt zijn.
We hadden afgesproken de wekker om 6:15 te zetten deze morgen, we wilden namelijk de zonsopgang gaan kijken. Allemaal nog heel moe, maar wel opgewekt, liepen we naar het strand toe en gingen zitten. Het was adembenemend: de zon kwam op boven het water, tussen de eilandjes op de horizon. Vogels vlogen in grote groepen op en achter ons, tussen de palmbomen, was er ook nog eens een dubbele regenboog te zien. Iedereen was toch nog wel heel moe, dus gingen we terug slapen. Na een tijdje werd ik wakker en begon ik alvast aan het ontbijt, dat ik de rest, die ik na een halfuurtje wakker maakte, op bed bracht. Na het ontbijt liepen we, deze keer met strandspullen in plaats van backpacks, terug naar de weg waar de bus ons had afgezet. Na een tijdje proberen, lukte het ons een lift te vinden in een pick-uptruck, die ons helemaal naar Santa Catalina bracht. Eenmaal daar huurden we twee surfboards, waarmee we ons de hele dag uitleefden in de zee. We luchten en dronken smoothies in een klein strandbarretje en na nog meer surfen verwenden we onszelf ’s avonds met heerlijke pizza en een toetje. We zaten vol, maar dat kon nog wel voller, vonden we, dus liepen we naar een gezellig cocktailbarretje, waar we kaartten en Virgin Cocktails bestelden. Onze cocktails kwamen, maar toen we proefden bleken die niet zo Virgin als besteld, behalve die van onze begeleidster Jehanne. Toen de fout was hersteld, proostten we nogmaals, met onze nu wel virgin cocktails, op ons groepje en op onze eigen reis. Santé! Het kostte het ons heel wat moeite een lift terug te vinden naar ons hotel en door het surfen had ik weer terug heel veel last van mijn zonneallergie gekregen, dus we waren heel blij toen we ’s avonds weer terug in het hotel waren. De volgende ochtend pakten we vanaf de grote weg, waar we weer met onze backpacks heen waren gewaggeld, de bus terug naar Soná. In de bus zaten een heleboel andere groepjes van SaS, die allemaal van Santa Catalina naar Boquete wilden, net als wij. Ondanks dat het wel leuk was iedereen weer eventjes te spreken, vonden we het toch wel jammer dat we nu al weer iedereen waren tegengekomen. Nu voelde het toch iets minder als eigen reis.
Vanaf Soná pakten we de bus naar Santiago, waar we nog een keer die lekkere donuts haalden, en waar we toch maar de volgende bus naar David pakten, omdat de andere bus alweer vol zat met alle andere groepjes van School at Sea. Na een vermoeiende reis (och ja, we hadden Netflix, dus dat viel eigenlijk wel mee) kwamen we aan in David. Omdat ik weer zo veel last had van mijn zonneallergie, zijn we hier langs het ziekenhuis gegaan. Met handen en voeten en een mix van Engels, Spaans en Google translate, lukte het een doktersafspraak te maken. Om half 8 kon ik dan eindelijk bij de dokter terecht en kreeg ik een heleboel advies, crèmepjes en pilletjes. Het was tijd voor avondeten, dus Nienke, Sem en Bart hadden hamburgers en frietjes voor iedereen gehaald, die we vervolgens in het ziekenhuis op de grond opaten. Tja, wie had dat ooit gedacht: tijdens de eigen reis in het ziekenhuis hamburgers zitten kanen! Door de doktersafspraak hadden we de laatste bus naar Hornette, het plaatste dicht bij Boquete waar we een hostel gereserveerd hadden, gemist. We probeerden eerst een taxi te bellen, maar - ondanks dat de vrouw aan de telefoon veel te snel praatte en niemand er echt iets van verstond - we begrepen al snel dat dit veel te duur zou zijn voor ons. Daarna probeerden we te liften, maar naar Hornette was nog een heel groot stuk en we beseften al snel dat het ons niet zou lukken een lift te vinden. Heel impulsief besloten we toen gewoon de nachtbus te pakken naar Bocas del Toro, het eindpunt van onze eigen reis. En zo liepen we naar het busstation en wachtten we op de bus, die om 2 uur ’s nachts zou vertrekken. Toen de bus eindelijk kwam en na veel gedoe onze backpacks ook in de bus zaten, reden we over hobbelige wegen richting Bocas. Volgens mij heeft niemand echt geslapen die nacht, daarvoor was de rit veel te schommelig. Om half 7 kwamen we aan in Al Mirante, vanaf waar we de watertaxi naar Bocas del Toro zouden pakken. Na een tijdje te hebben gelopen met onze slaperige hoofdjes, kwamen we aan bij de watertaxi en konden we al snel instappen en wegvaren.
Daar waren we dan: Bocas! Met onze backpacks nog op gingen we alle hostels en hotels langs op zoek naar een plek waar we konden slapen. Na een uur of 2 vonden we dan eindelijk een leuk en goedkoop hostel. We mochten nog niet de kamers in, maar we konden wel al in het hostel zitten. We speelden wat spelletjes en gingen na twaalven eens op zoek naar lunch in het stadje. We liepen wat rond en keken onze ogen uit in alle gezellige kleine winkeltjes en bij alle leuke marktkraampjes. ’s Avonds hebben we weer gezellig samen eten gekookt in het hostel. Na het eten zijn we zo snel mogelijk gaan slapen, want we waren al veel te lang wakker. De volgende ochtend kregen we pannenkoeken als ontbijt van het hostel, waarna we onze spullen pakten voor een dagje strand. Onze backpacks legden we bij het hotelletje aan de overkant van de straat, waar we deze nacht zouden slapen. We liepen het stadje in en huurden voor ons allemaal fietsen. We fietsten de hele oostkust van het schiereiland Bocas langs, tot de weg uiteindelijk ophield en we bij een strandbarretje uitkwamen, waar we een heerlijke smoothie dronken. Na nog wat op het strand tussen de palmbomen gelegen te hebben, fietsten we weer het hele stuk terug, over heuvels en door los zand, door plassen en tussen de palmbomen door, tot we weer bij ons hostel kwamen. Die avond gingen kleedden we ons allemaal netjes aan: we gingen namelijk uit eten. We aten heerlijk en uitgebreid bij een sushi tent in de stad en gingen daarna nog langs de supermarkt om in te slaan voor onze tweede filmavond. Met een heleboel snacks begonnen we aan de filmavond, die uiteindelijk nog tot kwart over 5 ‚s ochtends duurde. We hadden nu wat langer uitgeslapen en ontbeten in het hotel. Nadat we nog een laatste ochtendje hadden gebeld met iedereen thuis, vertrokken we naar de stad, waar we in een super gezellig tentje taco’s aten. We gingen nog een laatste keer het stadje in om souvenirtjes te halen en te shoppen. We haalden onze backpacks op en liepen naar een restaurant, waar we vroeg aten. Er was nog tijd voor een paar potjes poelen en om nog wat te kletsen met Alex en wat andere groepjes, die we daar tegenkwamen. Om 7 uur pakten we onze backpacks en liepen we - Lianne, Sem, Bart, Noor, Maaike, Jehanne en ik - voor de laatste keer met onze zware backpacks op onze rug naar de plek waar we werden opgehaald met de bijboot. Om half 8 was het dan zo ver; we moesten weer terug aan boord. Ik heb een fantastische week gehad. Met een super gezellig groepje heb ik het prachtige, groene Panama gezien en heb ik een heerlijk weekje vakantie gevierd!
Blog 14 - 20/01/20 Op 14 januari vertrokken we in de namiddag naar de San Blas, wat zo’n 50 mijl varen was. We voeren los tegen de golven in op de motor, dus niemand had echt geslapen die nacht. Rond 11 uur ’s ochtends lagen we dan eindelijk weer stil en voor ons zagen we een prachtig, tropisch eilandje: Grandfather’s Island, waar we zouden survivallen de komende 3 dagen. Onze tassen waren allemaal al gepakt en we konden dus meteen vertrekken. Met onze volgepropte backpacks voeren we in de bijboot naar het eilandje. Er was daar - afgezien van het huisje van de vijf indianen die op het eiland leven - niets behalve natuur: prachtige palmbomen, helder blauw water, wit zand en een heleboel kokosnoten. De kokosnoten mochten we zelf openmaken met een machete en we hadden een visnet mee, dus we konden vis vangen. We begonnen in groepjes met het bouwen van onze hutjes, die we met touwen tussen bomen en grote palmbladeren maakten. Aan het einde van de middag was er een gezellig kamp ontstaan, met in het midden een kookplek, waar we broodjes, vis, kokos en rijst boven maakten.
Een van de vrouwen die op het eiland leeft, nam ons mee naar het kleine hutje op het eiland waar zij in woont en we hebben gezellig samen armbandjes gemaakt. Uitgeput van al het strand liggen en zwemmen kropen we ’s avonds, nadat we gezellig met de gitaar rond het kampvuur hadden gezeten, allemaal moe in onze hangmatten. We hoopten maar dat het niet zou gaan regenen, want het was niet iedereen even goed gelukt een waterdichte hut te maken. Gelukkig werden we de volgende ochtend droog wakker en aten we kokos uit de kokosnoten die we op het eiland hadden gevonden en broodjes die we boven het kampvuur hadden gebakken. Omdat onze hutjes al stonden, hadden we vandaag wat meer tijd om niks te doen en te zwemmen. De Indianen namen ons mee snorkelen een eindje verder bij een heel mooi rif, waar ze zelf met een harpoen gingen vissen. Uiteindelijk werd de stroming toch te sterk en gingen we terug naar het eiland, waar een aantal jongens een kleine haai gevangen had, die met de lunch werd verorberd. Naast haai stond er havermout op het menu, wat nog een hele uitdaging was boven het vuur te maken. Ondanks de grote hoeveelheid kokos die men door de pap heen gooide, bleef deze nogal smakeloos en aangezien de pogingen van de meiden die regelmatig terug mochten naar het schip omdat ze ongesteld waren om honing of suiker mee terug te smokkelen naar het eiland mislukt („Dat is toch geen survivallen, dames!“) waren, moesten we daar maar mee leven.
Na de tweede dag survivallen kropen we ook weer lekker in onze hangmatten en bleef het ook deze nacht gelukkig droog. De volgende ochtend was het alweer tijd om onze hutten af te breken en alles netjes achter te laten. Toen al onze tassen bij elkaar gepakt waren, hebben we nog een grote hoeveelheid aangespoeld afval op het eiland verzameld en mee teruggenomen naar de boot. We bedankten de indianen dat we bij hen hadden mogen blijven en vertrokken toen weer naar onze vertrouwde Thalassa. Een paar uur later, na een stevige lunch, voeren we alweer terug naar Porto Bello. We lagen na een paar uur varen - we hadden deze keer wel wind mee, dus we schoten op - weer terug op ons oude plekje in de baai voor Porto Bello, waar de nieuwe bemanning aan boord kwam. We hadden al afscheid genomen van Wessel en Sander was al aan boord gekomen met een heleboel post voor iedereen en nu kwamen onze nieuwe stuurman Tom en onze stuurvrouw Jehanne aan boord. Ook kwam er weer een bekend gezicht aan boord: Alex, de matroos waar we op Tenerife afscheid van hadden genomen, vaart vanaf nu ook weer met ons mee! De groepjes voor eigen reis zijn ondertussen bekend, de plannen zijn gemaakt en de tassen al gepakt. Morgen vertrekken we namelijk en hebben we een hele week tijd om van Porto Bello naar Bocas del Toro te komen.
Blog 13 - 13/01/20 We vertrokken uit Curaçao en alles ging weer gewoon zijn gangetje; ploeg 1 had wacht en ploeg 2 ging weer gewoon aan school. We gingen met een rap tempo vooruit, want er was heel veel wind, wel 40 knopen! De Thalassa liep gemiddeld 11 knopen en we zouden dus veel eerder aankomen op Panama dan verwacht. “Nu maken jullie eens mee wat wind is,“ zei Sam, toen de golven over het middendek en het achterdek sloegen en ervoor zorgden dat alles wat niet zeevast stond meegenomen werd naar de bodem van de zee: telefoons, schoenen, pennen, wasknijpers en was.
Ik liep mijn laatste nachtwacht met Wessel, onze stuurman, die op Panama van boord gaat. De klok werd nog een uur teruggedraaid, want we zouden bijna aankomen op Panama en er zou vanaf dan zes uur tijdsverschil zijn met thuis. In plaats van vier uur, liepen we vannacht dus vijf uur wacht. De wind had weer wat afgenomen, dus mochten we na onze wacht weer buiten slapen, zodat we niet in de hete hutten hoefden te gaan liggen.
De komende dagen worden druk: we krijgen een wissel in nautische bemanning, onze onderwijscoördinator Pascal wordt vervangen door Sander, de survival op de San Blas komt eraan en daarna is het tijd voor onze eerste eigen reis!
Toen ik wakker werd hoorde ik allemaal enthousiaste kreten om me heen. We waren er bijna! Ik keek over het achterdek naar bakboord, waar allemaal eilandjes voor ons opdoemden in de mist. We hadden aangelegd en de mist trok langzaam weg. De zon scheen op het prachtige turquoise water en de tropische planten voor ons. Er vlogen vogels over het water en hoog boven de palmbomen van de eilanden en eens in de zo veel tijd kwam er een klein, gekleurd bootje langs racen. Een klein stukje verderop lag de Thor Heiendal, het schip van KUS, een project uit Duitsland, soortgelijk aan School at Sea. Omdat we hen op Tenerife al tegen waren gekomen en met hen gekletst hadden, zwaaiden we vrolijk naar hen.
Blog 12 - 05/01/20 Na vier dagen varen kwamen we aan op Curaçao. We waren allemaal super enthousiast toen we de haven tussen alle kleurrijke huisjes en langs de pontjesbrug invoeren. Toen we eindelijk, na een heleboel gedoe en geroep ("Verder naar voren!" "Nee, stop, verder naar achteren!" "Doe toch maar weer naar voren!"), stillagen en een facecheck hadden gehad, mocht ik met twee mede SaS’ers, met wie ik het diner voor Oud en Nieuw zou voorbereiden, mee met Alet boodschappen doen. Omdat de Amerikaanse toeristen van de cruiseschepen naast ons alle taxi’s hadden gekaapt, kwam een vriend van Alet, die op het eiland werkt, ons ophalen en bracht ons naar een grote supermarkt. We keken onze ogen uit bij al het eten om ons heen. Ze hadden letterlijk alles! Van aardbeien tot munt en van hagelslag tot Almond yoghurt. Toen we alle benodigdheden voor het diner hadden ingekocht, nam Erik, de vriend van Alet ons nog mee naar een ijssalonnetje, waar we op een heerlijk ijsje werden getrakteerd. Wat hadden we toch geluk! De volgende dag hield ik me, samen met de rest van het keukenteam, de hele dag bezig met het voorbereiden van het diner, dat uit allemaal verschillende hapjes bestond.
(zoek de Thalassa.....;-)
’s Avonds was het dan zo ver en konden we, nadat we nog even om zeven uur (want dan was het thuis in Nederland twaalf uur) naar huis hadden gebeld, beginnen met eten en genieten met keiharde muziek op de boxen aangesloten. Na de Oudjaarsquiz, georganiseerd door twee SaS’ers, was het dan eindelijk zo ver: we gingen allemaal op de kade staan, de champagne werd klaargezet en we telden af. Tien! Negen! Acht! Zeven! Zes! Vijf! Vier! Drie! Twee! Één! Gelukkig Nieuwjaar! We spoten met de champagne en keken naar het prachtige vuurwerk dat vanaf de pondjesbrug werd afgestoken. We aten oliebollen en, nadat we nog wat gedanst hadden, was er nog een toetje: brownies met ijs en fruit. Een heerlijke manier om het nieuwe jaar te starten.
(zoek Elisa....;-)
Op 2 januari hebben we met de hele groep de bus gepakt naar het strand, waar we de hele dag lekker niks mochten doen. We verwachtten allemaal een heel mooi tropisch strand, met wit zand en palmbomen, maar dat viel aardig tegen toen we harde stenen en een olieplatform voor ons zagen. Gelukkig konden we wel prachtig snorkelen: allerlei gekleurde vissen en koraal in heel helderblauw water. En voor diegenen die niet te lui waren om een stukje te lopen, was er aan de andere kant van de heuvel naast ons baaitje een heel druk, toeristisch strand, wél met wit zand en palmbomen. Diegenen die toch maar op de harde stenen waren blijven liggen werden, in tegenstelling tot de groep die over de heuvel was verdwenen, getrakteerd op ijsjes en op nog een heel mooi uitzicht, namelijk heel veel flamingo’s!
De dagen daarop moesten we helaas gewoon weer aan school en begonnen we aan de PO over slavernij. Daarvoor bezochten we het museum Kura Hulanda, een museum vlakbij de haven over slavenhandel en slavernij. Ik vond het heel naar om te zien wat de slaven toen allemaal hebben meegemaakt. Omdat het hier in het museum niet over ging, kregen we van Pascal nog bronnen en uitleg over de slavenopstand in 1875, wat ook heel interessant was om te horen. We liggen nog een paar dagen hier in de haven en dan varen we verder naar Panama!
Museum Kura Hulanda
Blog 11 - 30/12/19 We kregen, na weer eens een dagje hard aan school te hebben gewerkt, vrije tijd op 24 december. We werden met de bijboot afgezet aan land en we zochten meteen een strandbarretje, de Turtle Purple, op om onze telefoons even met de wifi te verbinden. Zo konden we weer even naar het thuisfront bellen en iedereen laten weten hoe het met ons gaat. Met thuis was er 5 uur tijdsverschil, dus daar was het al bijna kerstavond. Met een klein groepje mede SaS’ers zijn we naar het centrum van het dorpje gelift in een pick-up truck. In het dorpje hing er een super gezellige sfeer: we wensten iedereen een vrolijk kerstfeest en dansten mee op de muziek die op het marktje gespeeld werd.
Met onze buik vol met heerlijk eten dat we bij een klein tentje hadden gehaald, keerden we terug naar de Thalassa, om daar het kerstdiner voor de avond voor te bereiden. We begonnen om 1 uur. We bereidden voorafjes, een voorgerecht, een hoofdgerecht en een dessert voor, en dat voor 50 man! In de keuken hing een super gezellige sfeer. Met 4 mede SaS’ers, onze scheepskok Alet en zelfs kapitein Sam in de keuken, zongen en dansten we op de muziek die loeihard door de eetzaal galmde en bereidden we het brood, de aardappelen, het vlees, de sausjes, de koekjes, de salades en nog veel meer voor. Toen we dan eindelijk klaar waren om half 7, stonden alle drie de tafels in de eetzaal vol met eten en we waren best trots op het eindresultaat. We douchten en kleedden ons netjes aan en het kerstfeest kon beginnen! Na het hoofdgerecht mochten we allemaal onze kerstdozen openmaken, die op een grote stapel onder de kerstboom in de salon lagen. Ik was super blij met mijn kerstdoos, waar een heleboel leuke dingetjes inzaten, waaronder een USB-stick met allemaal lieve kerstwensen erop. Dankjewel aan iedereen die zo’n leuke kerstwens heeft ingesproken! Nadat iedereen alles had uitgepakt en de nodige traantjes waren gelaten, begonnen we dan om 10 voor 1 nog aan het dessert. Met volle buikjes konden we daarna allemaal heerlijk slapen. De volgende dag was het zover: de eerste hutwissel. We werden op het middendek geroepen en kregen de nieuwe indeling van de hutten en van de nieuwe wachten te horen. Daarna kon de verhuizing beginnen. Alle spullen moesten uit de hutten, alles moest uitgeklopt worden om verspreiding van ongewenste beestjes te voorkomen, de hutten moesten brandschoon zijn en daarna moesten alle spullen weer in de nieuwe hutten geruimd worden. Als we dit een beetje handig zouden hebben aangepakt, waren we misschien in een paar uur klaar geweest, maar, omdat we nou eenmaal een stel chaotische tieners zijn, kostte het ons de hele dag. Uiteindelijk mochten we om 7 uur ’s avonds in het donker nog even een laatste verfrissende duik nemen op Dominica, want de volgende dag vertrokken we naar Curaçao.
Op weg naar de Rastafari's en de Boiling Lakes...
Blog 10 - 23/12/19 20 december werden we al heel vroeg wakker gemaakt om te ontbijten. Onze spullen stonden al klaar en met het bijbootje werden we naar de kant gebracht (eindelijk weer vaste grond onder onze voeten!), waar we allemaal om 07:00 uur klaarstonden. We gingen namelijk naar de boiling lakes hiken en daarna bij de Rastafari overnachten. We propten ons met zijn 37’en (plus Pascal en Marion, die ons zouden begeleiden) bij de tourguides en bestuurders in drie kleine busjes en, nadat alle zware backpacks waren ingeladen, vertrokken we. Ik had mijn buurman, Jack, beloofd dat ik een pakketje voor zijn familie op Dominica mee zou nemen. Ik vroeg aan Sea Cat, de aardige Dominicaan die de tour verzorgde, of hij ervoor kon zorgen dat het pakketje bij de Indianenstam aan zou komen. “My dear, that’s on the other side of the Island! I don’t know how long it is going to take me to get it there, but I’ll bring your package to your Indian friends!“ Met heerlijk rustige reggaemuziek op de achtergrond keken we onze ogen uit op het prachtige Dominica; verreweg het mooiste land dat ik ooit bezocht heb.
We reden door een klein kustdorpje en kwamen vanuit daar wat hoger op het eiland op een slingerweg en hadden vanaf daarboven een adembenemend uitzicht: blauwe zee, groene rotswanden begroeid met allerlei soorten tropische planten, mos en bomen vanaf waar lianen naar beneden hingen, kleine, kleurrijke huisjes tegen de heuvels opgebouwd en af en toe in de verte een waterval. Elke bocht bracht ons weer nieuwe “aah-wat-mooi-momenten“ en elke vallei bracht weer een nieuw riviertje, omgeven door palmbomen, nieuwe gekleurde huisjes en nieuwe mensen die naar de busjes zwaaiden. Onze chauffeur, Armstrong, toeterde bij elke bocht en naar iedereen, dus volgens mij heeft toeteren een heleboel functies op Dominica. Ik moest ook even wennen aan het feit dat we aan de linkerkant van de weg reden, wat komt doordat Dominica vroeger een kolonie van Engeland was. We zagen grote containers met ’China Aid‘ erop en aan de weg werkten ook heel veel Aziatisch ogende mensen. Aan onze tourguide, Worm (zijn naam is eigenlijk Keny, maar hier hebben blijkbaar heel veel mensen een bijnaam), vroeg ik wat de containers waren en wie de mensen waren die aan de weg aan het werken waren. Worm vertelde dat Dominica goede contacten heeft met China en dat ze na de orkaan van een jaar terug veel hulp krijgen om het eiland weer op te bouwen vanuit daar. Ook vertelde Worm ons dat de rode en blauwe vlaggetjes die we overal op het eiland zagen onderdeel zijn van de verkiezingsstrijd die hier gaande is tussen twee politieke partijen. Rood is volgens mij aan het winnen, want die vlaggetjes zagen we veel meer. Na een tijdje gingen we wat verder landinwaarts en leken de planten om ons heen meer en meer op jungle. We kwamen aan op onze bestemming en stapten we uit. Vanaf een klein meertje begonnen we onze hike naar de boling lakes. We ploeterden door de jungle, waar onze tourguides Worm, Roots en Sea Cat ons van alles uitlegden over de planten en bomen die bijvoorbeeld gebruikt werden om kano’s van te maken. Na vier uur glibberen door de jungle, over steile en gladde stenen en door de naar zwavel ruikende rivier, na een eitje (gekookt in de kokende stroompjes vanuit de boiling lakes) te hebben gegeten en een prachtig kleimasker te hebben gekregen, kwamen we dan eindelijk aan bij de boiling lakes.
Vanaf boven keken we naar een grote, grijze, kolkende massa water. We probeerden te genieten van het uitzicht, maar omdat het zo hard regende en waaide en we allemaal zo vermoeid waren, was de lunch, die we daarboven kregen, toch nog net iets leuker. De terugweg ging een stuk sneller en we mochten even bubbelen in de natural hottubs die we onderweg tegenkwamen. In het warme water konden we even heerlijk ontspannen en de waterval die het bekken instroomde kletterde heerlijk op onze ruggen. Na nog een lange, glibberige tocht kwamen we dan eindelijk weer aan bij het beginpunt, maar het feest was nog niet voorbij. We mochten namelijk de grot bij het meertje inzwemmen. In deze grot is een scène van Pirates of the Carrebean opgenomen en het was precies zo mooi als in de film! Het water was weliswaar ijskoud, maar de grot was prachtig! We zwommen tussen hoge kloven in. Boven ons zagen we de jungle en vanaf daar kwamen er lianen en mos de grot in. We zwommen een bocht om en kwamen uit bij een kleine waterval aan het einde van de grot.
Na de lange tocht werden we met de busjes weer opgehaald en naar onze volgende bestemming gebracht: Zion Valley, waar Mozes en de andere Rastafari van Dominica wonen. Mozes, de leider van de Rasta’s had heerlijk voor ons gekookt en nadat we allemaal uitgegeten waren en zo snel mogelijk onze hangmatjes hadden opgehangen, vielen we in slaap. Ik werd wakker door de zon en door het geluid van een kraaiende haan. Na het ontbijt (versgebakken, traditionele broodjes, breadfruit en gebakken banaan) liet Mozes ons de rivier zien, waar ik heb geholpen met de afwas. Dat was heerlijk: met mijn voeten in de rivier in de zon rustig alle borden en kommen afwassen. Nadat we allemaal de kans hadden gehad een verfrissende duik te nemen, namen Junior en Isräel ons mee op een hike door de jungle. Na nog heel wat glibberen en een heel aantal keer de White River te hebben doorgestoken, kwamen we aan bij nog zo’n adembenemende plek: Victoria Falls. We stonden met onze doorweekte kleren voor rotsen en een immense waterval, met groene kliffen om ons heen. We mochten vanaf hoge rotsen de rivier in springen en lekker zwemmen.
Na een paar uur was het tijd om weer het stuk door de jungle en de rivier terug te lopen, wat best een uitdaging was, omdat de stroming sterk had toegenomen. Na het avondeten zaten we met de Rasta’s rond het kampvuur, maakten we muziek, leerden de Rasta’s ons liedjes op de trommels en vertelde Mozes ons over het zijn van een Rastafari.
De volgende dag hebben we, naast relaxen en zwemmen, een uitstapje gemaakt naar het kleine Rastafari dorpje, waar we ontzettend gastvrij door Mavegg werden ontvangen. Ze liet ons zien waar ze haar restaurantje wilde opbouwen en trakteerde ons op eten en drinken. “My treat, welcome to the Island!“ zei ze. We hebben haar heel erg bedankt voor haar gastvrijheid en zijn daarna met Armstrong, die we tegenkwamen in het dorpje, terug naar de vallei gereden, waar de rest wachtte op de busjes die ons zouden ophalen. Na afscheid te hebben genomen van Junior, Israël, Smokey, Mozes en alle Rasta-kids waarmee we zo gezellig hadden gespeeld de afgelopen dagen, was het dan echt tijd om weer te vertrekken. Helemaal zen stapten we in de busjes en na een lange rit in de auto en met de bijboot kwamen we weer thuis aan, op onze geliefde Thalassa.
Blog 9 - 19/12/19 Na nog een week varen was het dan eindelijk zo ver: de eerste scheepsovername. We hadden brieven geschreven om te solliciteren voor verschillende functies en mochten toen allemaal op sollicitatiegesprek komen in de stuurhut. Op 15 december had ik keukendienst, maar om 9 uur, tijdens het ontbijt, ging opeens het alarm af: zes keer kort, één keer lang, wat betekende dat we het schip moesten verlaten. We gingen allemaal naar het middendek, waar we telden of we compleet waren en de zwemvesten uitdeelden en aantrokken, klaar om het schip te verlaten.
Sam stond vanaf de brug toe te kijken hoe we chaotisch door elkaar zwermden. “Jongens,“ begon hij. “Ik hoop van harte dat we dit alarm en de zwemvesten niet nodig zullen hebben de komende 400 mijl. Ik heb er het volste vertrouwen in dat jullie erin zullen slagen het schip veilig naar Dominica te brengen. Ik draag nu mijn volledige verantwoordelijkheid van het schip over aan onze nieuwe kapitein, Nienke, en dan wens ik jullie allemaal een fijne scheepsovername!“ De keukendienst dook de keuken in, het redactieteam van het boordkrantje DIVE ging hard aan de slag om hun eerste editie uit te brengen, kapitein Nienke en haar stuur- en bootsmannen verzamelden aan dek en velen anderen gingen aan de slag. Ik had gesolliciteerd voor hotelmanager, wat betekende dat ik verantwoordelijk was voor het schoonmaken en -houden van de complete binnenkant van het schip. Er werd flink hard gewerkt, gelachen, geleerd en gezeurd op elkaar, op wat beter kon en moest. Ik heb schoongemaakt en mensen aangestuurd mee schoon te maken en ik was elke dag zo uitgeput, dat ik één ding zeker weet: ik word nóóit hotelmanager. Er werd wacht gelopen door de matrozen, elke wacht begeleid door een stuurman en een bootsman. Naast al dat harde werken konden we ook genieten van wat extra ontspanning en rust: we hadden geen school en er werden door onze kapitein wat extra filmavonden ingelast. Na drie dagen op topsnelheid te hebben gevaren (soms wel 11 knopen!) kwamen we in de derde nacht van de overname aan op Dominica.
Vandaag, op 19 december, werd ik wakker en we lagen voor het eerst in tijden weer eens stil! Ik trok mijn zwemkleding alvast aan en ging naar buiten om eens goed om me heen te kijken. Links, rechts en voor het schip waren prachtige, groene heuvels en bergen te zien met af en toe een klein, kleurrijk huisje. De lucht was prachtig blauw en het water heel helder. Het kwam toen allemaal in één keer binnen: we zijn gewoon naar de Caraïben gevaren! Hoe ontzettend gaaf is dat! We hoefden helemaal niks vandaag, behalve plezier maken. Vanuit de zevende trede van de mast, vanuit het kluivernet en vanaf de boegspriet, vanaf de zijkant van de boot en met een slingerlijn sprongen we het heerlijk frisse water in en toen de bijboot in het water lag en Job en Nienke terug waren van het inklaren, mochten we ook suppen en kanoën. We mochten in de zon liggen en de hele dag lekker spelen en ontspannen en na die zware en lange oversteek waren we daar toch echt wel allemaal aan toe.
Aankomst op Dominica....
Walvissen spotten tijdens de oversteek
even chillen...
Blog 8 - 08/12/19
Op 2 december werden de laatste boodschappen gedaan, het laatste afval werd van boord gebracht, het schip werd vaarklaar gemaakt en we vierden de verjaardag van Job, onze scheepsarts. Alles zat mee, behalve de wifibol, die, ondanks dat Pascal al bijna 24 uur aan het bellen was met de persoon die de bol moest fixen, nog steeds niet werkte. Omdat we liever niet zonder internetverbinding aan de oversteek wilden beginnen, besloot Sam nog één dagje langer te blijven liggen, opdat de wifi gemaakt kon worden.
De volgende dag werden we allemaal naar het middendek geroepen. Het was tijd voor een wachtwissel! Ik zit nu niet meer in de 1-5, maar in de 5-9 wacht. Daar was ik wel heel blij mee. De wifibol deed het nog steeds niet, maar we konden echt niet langer blijven. Met alleen de satellietverbinding van Sams telefoon die werkte, begonnen we toen aan de oversteek. Omdat we toen we voor anker lagen geen water hadden kunnen bijtanken en de watermaker vanwege het vieze rioolwater niet aan had gestaan, begonnen we de oversteek met een douchestop, waar niet iedereen even blij mee was. Gelukkig was het water de volgende avond weer helemaal bijgevuld en konden we weer douchen.
Op 4 december schreven we allemaal de gedichten voor onze parallelwachten af; op 5 december zouden we namelijk Sinterklaas vieren, met cadeautjes en gedichten voor de wacht uit de andere ploeg. Er werd hard gerijmd en de cadeautjes werden zo mooi mogelijk ingepakt. ’s Avonds kregen we goed nieuws: we mochten namelijk onze schoen zetten! Er werden brieven geschreven, tekeningen gemaakt en liedjes gezongen en onze schoentjes stonden vrolijk bij elkaar voor de grote mast in de salon. 5 december: onze schoenen stonden nog precies zo in de salon als dat we ze hadden achtergelaten. Teleurgesteld vroegen we aan Sam waarom de Sint niet langs was geweest. “Ik denk dat de stoomboot niet helemaal de juiste koers aan het varen was...“ Om 4 uur ging het brandalarm af en moesten we ons allemaal op het middendek verzamelen. “Ik heb goed nieuws en slecht nieuws,“ begon Sam, die ons vanaf het bovendek toesprak. “Het slechte nieuws is dat de Sint in hoogsteigen persoon helaas niet langs kan komen, omdat hij zijn pak op het nudistenstrand vergeten is. Naakt pepernoten en cadeautjes uitdelen valt natuurlijk een beetje buiten de SaS-kaders. Het goede nieuws is dat zijn hulpjes wel gekomen zijn!“ Nadat we vrolijk een heel aantal liedjes hadden gezongen, zagen we eindelijk de pieten op het bovendek verschijnen. Piet Job en Pascal de Piet kwamen naar beneden geklauterd en gooiden pepernoten naar ons. Het was tijd voor de gedichten en de cadeautjes voor de wachten, waar we allemaal hard om hebben gelachen. We kregen allemaal een chocoladeletter en wat pepernoten en de leraren, die vandaag de keukendienst hadden overgenomen, hadden heerlijke speculaas voor ons gebakken. De brieven en de tekeningen uit de schoenen werden door de Pieten en door Sam gelezen en bekeken en zo hebben we een ontzettend leuk Sinterklaasfeest gehad.
Blog 7 - 01/12/19 Na 8 dagen varen - eigenlijk was het meer dobberen, want veel wind was er niet - kwamen we op donderdag 28 november dan eindelijk aan op São Vicente, een van de Kaapverdische eilanden. Dit was onze eerste aankomst overdag, dus nu konden we alles goed zien: een klein eiland met veel rotsen en een aantal gekleurde huisjes. Dit keer gingen we niet aanleggen in de haven, maar voor anker liggen net voor de haven. De volgende dag was Sam, onze kapitein, jarig en dat moesten we natuurlijk groots vieren: na het inklaren (we mochten nu dus allemaal legaal aan land) zijn we in groepjes met het bijbootje naar de kant gevaren, waar we naar het strand gingen. Het strand was prachtig wit en we hebben allemaal snel een heerlijk frisse duik genomen in het helderblauwe water. We hebben in de zee gezwommen, op het strand in de zon gelegen en een lekker potje beachrugby gespeeld. Er lagen veel schelpjes op het strand, dus er zijn aardig wat armen en benen opengehaald. Helaas was het ’s avonds dan toch echt tijd om weer terug te keren naar het schip, dus werden we in groepjes door Wessel, onze matroos, weer opgehaald met het bijbootje. Na het eten kregen we allemaal heerlijk ijs; een echte traktatie, want dat hadden we lang niet meer gehad.
De volgende dag kreeg de helft van de groep een tour over het eiland en de andere helft kreeg vrije tijd. Om half 2 ontmoetten we Angelo, onze Kaapverdische tourleider. Angelo nam ons mee in zijn gezellige, witte busje en liet ons het eiland zien. We begonnen vlakbij de haven, in het centrum van het stadje daar. De kleine supermarktjes en cafeetjes werden omringd door mensen in kleurrijke kleding die allerlei kettinkjes, armbandjes of soorten fruit verkochten. Iets verder van de haven af kwamen we een klein marktje tegen en zagen we locals overal onder afdakjes in de schaduw spelletjes spelen. We lieten het marktpleintje achter ons en we kwamen tussen de huizen terecht. De huisjes waren in allerlei kleuren geverfd en hun bewoners zwaaiden ons busje vrolijk na. Pas toen we het stadje uitreden, viel ons het droge steppelandschap om ons heen op. De omgeving bestond vooral uit veel bruin, droog zand en af en toe een paar struikjes. Verspreid over het landschap zagen we kleine, simpele boerderijtjes, omgeven door palmbomen en muurtjes van opgestapelde stenen of autobanden. We zagen wat boeren aan het werk op hun kleine akkers tussen de geiten of zwijnen. We zagen ook meerdere krotjes en kleine, bouwvallige, stenen huisjes. Af en toe stond er tussen de lage, stenen huizen opeens een veel groter, gekleurd huis. We naderden de kust aan de andere kant van het eiland en de huizen werden weer groter. Naast het water stonden kleurrijke vissersbootjes en we zagen vissers aan het werk. We stapten uit het busje bij een gezellig, wit huisje direct aan het water. Bij het huisje hoorde een schildpaddenopvang, bestaande uit twee kleine baden. Schildpadden die gewond geraakt zijn door het plastic in de zee worden hier opgevangen en verzorgd en, wanneer ze weer gezond zijn, worden ze uitgezet. We reden door naar een wat hoger gelegen punt, waar we een klein stuk door de duinen wandelden. De duinen die hier op de Kaapverden liggen bestaan helemaal uit zand uit de Sahara, dat is meegevoerd door de wind. Angelo nam ons mee naar het hoogste punt van het eiland, waar een installatie, die condens uit wolken opvangt en zo omzet in water, zorgt voor de watervoorziening van het eiland. Na een gezellige terugrit met Angelo’s Kaapverdische muziek keihard door de speakers was het tijd om afscheid te nemen van het vaste land voor de komende twee en een halve week. De oversteek komt er namelijk aan.
Blog 6 - 24/11/19
19 november hadden we een uitwisseling met de Spaanse middelbare school van Santa Cruz. Om half 10 ’s ochtends werden we bij hen verwelkomd en kregen we een kleine rondleiding door hun school. Ze hadden verschillende activiteiten voor ons voorbereid, te beginnen met een gymles met verschillende spelletjes; trefbal, een renspel en het worstelen dat typisch is op de Canarische eilanden. In hun aula kregen we een heerlijk bufet en toen we allemaal volzaten hebben we nog wat spelletjes gedaan om elkaar wat beter te leren kennen. We hebben salsa gedanst - of in ieder geval een poging gedaan tot - en karaoke gezongen met z’n allen. Toen we de klassen rondgingen hebben we de Spaanse leerlingen wat Nederlandse zinnetjes en de opstelling van ons voetbalelftal geleerd. ’s Middags kwamen onze uitwisselingen bij ons aan boord, waar we maar net op tijd klaar waren met alle voorbereidingen. We hebben in verschillende groepjes gezelschapsspelletjes gespeeld, gevoetbald en in de mast geklommen en we hebben boterhammen met pindakaas en hagelslag uitgedeeld. Na het uitwisselen van wat nummers en instagramaccounts, hebben we toen afscheid genomen. Na een lange week in Tenerife gelegen te hebben, vertrokken we weer richting de Kaapverden. Er was heel weinig wind, dus de eerste dag hebben vooral gedobberd. Het varen betekende ook dat de wachten weer ingingen, dus om 1 uur ’s nachts stond ik weer op het bovendek, klaar (soort van) voor mijn wacht. Gelukkig was de wacht een stuk minder zwaar dan normaal, want we konden genieten van een prachtige sterrenhemel met een heleboel vallende sterren en van lichtgevende algen in het water. Tijdens onze middagwacht hebben we zelfs een keer walvissen gespot!
Het wordt als maar warmer nu we steeds zuidelijker varen. Een paar dagen geleden zaten we allemaal in de zon aan onze school. Er was bijna geen wind, dus we lagen zo goed als stil en we konden dus heerlijk genieten van het weer. Toen ging opeens het brandalarm af en haastten we ons naar het middendek, waar we telden om te zien of we compleet waren. In de war wachtten we op instructies van onze kapitein. “Jongens, het is tijd voor onze eerste zwemstop!“ deelde Sam ons mee. 10 minuten later stonden we allemaal met onze zwemkleding aan dek, klaar om vanuit het kluivernet en vanaf het trappetje naar de mast naar beneden het heldere, blauwe water in te springen. Wat was dát genieten! Er is nog steeds weinig wind, maar als het goed is zijn we over een kleine week al in de Kaapverden.
Blog 5 - 16/11/19 Op 12 november zat ik rustig aan mijn school, toen vanaf het bovendek opeens een kreet klonk; “Land in zicht!“, en allemaal stormden we naar het bovendek. Heel erg in de verte zagen we een miniscuul bruin bobbeltje boven de golven uitkomen. Na wat vreugdedansjes en -knuffels gingen we maar weer aan school. Rond een uur of vijf werden we weer allemaal geroepen, want vanaf het bovendek hadden we een prachtig uitzicht. Aan stuurboord stak El Teide boven de wolken uit; we waren er nu echt bijna! Om iets voor 1 ’s nachts was ik nog steeds wakker, want we waren er nu echt bijna en ik zou toch wacht hebben. Ik ging naar buiten en werd meteen aan het werk gezet; de netten langs de zijkanten van de boot moesten losgehaald worden, ra-zeilen werden naar binnen gehaald, gordingen vastgezet, venders klaargelegd en de motor ging aan. We voeren op Santa Cruz de Tenerife af.
Het was helemaal donker, maar links en rechts zagen we overal lichtjes toen we de haven binnenvoeren. Toen we eindelijk aangelegd hadden, mochten we nog heel eventjes aan wal, waar we sprongen, renden en dansten om te vieren dat we eindelijk weer vaste grond onder onze voeten hadden. Die nacht konden we heerlijk slapen, want we werden voor de verandering een keer niet ons bed uitgeslingerd. De volgende dag was het tijd voor de gebruikelijke schoonmaak en, toen we daar na de lunch mee klaar waren, mochten we de stad in en werden onze telefoons weer uitgedeeld. Er werd weer naar huis gebeld, eten ingeslagen, geshopt, rondgeslenterd en gegeten. Om 10 uur ’s avonds moesten we weer terug zijn op het schip. Naast ons lag een schip van Klassenzimmer Unter Segel, de Duitse variant van School at Sea. We hebben nog gezellig met de leerlingen van dat schip gekletst en gevoetbald (en onze schepen vergeleken, want de Thalassa is duidelijk mooier!).
15 november werden we ’s ochtends al om half 6 wakker gemaakt. We gingen namelijk El Teide beklimmen. De vorige dag hadden we al wat informatie gekregen over de vulkaan en allemaal onze spullen gepakt. Voor vertrek hebben we ons allemaal goed warm aangekleed, want boven zou het 5 graden zijn. Om 10 uur stapten we dan uit de bus die ons Las Carañas op had gebracht. El Teide is namelijk een vulkaan op een nog veel grotere, oude vulkaan. Na een uurtje lopen kwamen we onder aan de voet van de Teide aan en begonnen we aan een steile, zware klim. We hebben ontzettend geluk gehad met het weer; de zon scheen en het was niet al te koud, dus konden we genieten van het prachtige uitzicht. We zaten op gegeven moment boven de wolken en we zagen de enorme kraterwand van de vulkaan waarop de Teide gelegen is. Ondanks de pijnlijke voeten, valpartijen, duizeligheid en een gebrek aan training hebben velen van ons de top bereikt. De afdaling was ook nog een hele uitdaging, want die ging gepaard met nog meer valpartijen en we moesten opschieten, want anders zou onze buschauffeur vertrekken zonder ons. Uiteindelijk zaten we allemaal weer (enigszins) heelhuids in de bus en toen we weer op het schip kwamen, had Hilde heerlijke risotto gemaakt, met als toetje taart, want we hadden weer een jarige.
Blog 4 07/11/19
In de nacht van 4 november zijn we eindelijk aangekomen in A Coruña. Na vijf dagen varen door de woeste golven, liggen we eindelijk weer veilig stil in de haven. Om half zes werd ik wakker en besloot even buiten een rondje te lopen; buiten was het nog donker, maar toen ik een tijdje in de frisse ochtendlucht had gestaan, begon de zon op te komen en werd een kleine haven zichtbaar. We zijn in Spanje! #besefmomentje.
In A Coruña kregen we weer wat vrije tijd; we mochten het stadje verkennen, uit eten, eten inslaan en we hadden onze telefoons, dus we konden naar huis bellen. Het eten - frozen yoghurt, Burgerking, gebak en croissantjes - deed ons goed na een aantal dagen havermout. Na nog een dagje school hebben we onze tweede filmavond gehouden en met z’n allen genoten van Finding Nemo. Nog een dag school en daarna vroeg slapen, want de volgende ochtend zouden we naar Santiago de Compostela vertrekken. We werden om 7 uur gewekt en verzamelden ons na het ontbijt in de salon, waar Pascal ons een briefing van Santiago de Compostela gaf. Hier zouden we ons eerste PO maken. Toen we allemaal in groepjes van drie verdeeld waren, vertrokken we naar het treinstation in A Coruña, dat ongeveer een uurjte wandelen was. Eenmaal aangekomen in het bedevaartsoord kregen we een lijstje met Spaanse woorden en zinnetjes, waar we ons hopelijk mee konden redden in de stad. We gingen op zoek naar de kathedraal en toen we die gevonden hadden, hebben we contact gezocht met de mensen die de camino hadden gelopen. We vroegen hen hoe ver ze hadden gelopen, hoe lang ze erover hadden gedaan en vooral met welke reden ze naar Santiago de Compostela waren gekomen. Ik vond het heel bijzonder om die verhalen te horen; er waren zoveel verschillende en bijzondere motieven voor mensen om de camino te lopen. Toen voelde ik me wel een beetje schuldig dat ik gewoon met de trein daarheen was gekomen.
Gisteren zijn we weer vertrokken uit A Coruña, nadat we het hele schip weer vaarklaar hadden gemaakt; alle zeilen moesten uitgepakt worden - dat betekende dus de mast in, keigaaf! - en alles moest zeevast gezet worden. De nieuwe wachten gingen in. Ik ben helaas ingedeeld bij de 1-5 wacht, wat betekent dat ik ’s middags van 13:00 tot 17:00 en ’s nachts van 01:00 tot 05:00 buiten op het bovendek moet zijn om klusjes te doen, op de uitkijk te staan en te sturen. Als je geen wacht hebt, is het dus belangrijk zo veel mogelijk slaap te pakken, anders zijn de schooldagen niet te doen. Vandaag werd de tweede verjaardag aan boord gevierd, wat een extra lekker vieruurtje betekent. Het eten van die heerlijke tiramisu viel alleen niet mee, want we liggen behoorlijk scheef door de grote hoeveelheid wind. We zullen nog zo’n vijf dagen varen en dan komen we aan op onze eerste officiële bestemming; Tenerife.
Blog 3 - 29/10/19
Nadat we in Den Helder een dagje stil hebben gelegen (we hebben daar een mooie wandeling gemaakt en een gezellige filmavond gehouden), zetten we koers richting zuiden. Zondagochtend gingen de wachten in. Ik heb wacht van 7 tot 10; dat houdt in dat ik elke dag van 07:00 tot 10:00 ‚s ochtends en ‚s avonds van 19:00 tot 22:00 buiten word verwacht.
Er stond behoorlijk wat wind, maar niet de goede kant op, dus we hebben de hele dag op de motor gevaren. Er waren een heleboel zeeziek en „heb je gebarft?“ was naast „gaat het?“ toch wel de meest gestelde vraag van de dag. Ik zelf had gelukkig vrij weinig last van zeeziekte, waardoor ik erg kon genieten van het feit dat we nu echt ver op zee waren. Het middageten werd naar boven gebracht, zodat we niet binnen in de eetzaal, waar alles nog meer schommelde, moesten eten.
Als we varen eten we tussen de middag warm en ' s avonds gewoon brood. De keukendienst had heerlijke rijst met bolognaise saus bereid - wat een hele prestatie was in zo’n schommelend schip - die er bij de meesten goed in ging (en bij velen later ook weer uit). Omdat we pas rond twaalven waren vertrokken, begon mijn eerste wacht om 19:00. De wacht bestond nu nog vooral uit het logboek om het uur invullen en de juiste koers aanhouden. Voor deze taken waren eigenlijk maar twee mensen nodig, en aangezien ik uitgeput was van de hele dag praten en dansen (dat helpt tegen de misselijkheid) heb ik mijn eerste wacht voornamelijk geslapen (oeps). Ik had wel nog genoeg tijd om eventjes sterren te kijken; zo midden op zee met weinig licht om je heen kun je die heel goed zien; super mooi! Om tien over half tien mochten we de mensen die de volgende wacht, van 22:00 tot 01:00, hadden wakker maken en konden wij eindelijk naar bed.
De volgende ochtend werden we alweer vroeg gewekt zodat we om 07:00 aan onze ochtendwacht konden beginnen. We voeren nu tussen Engeland en Frankrijk. Op bakboord zagen we de Franse kust en aan stuurboordkant lagen de White Cliffs of Dover. Ook konden we genieten van de eerste zonsopgang midden op zee. Ik vind het jammer dat ik geen foto’s bij de blog kan zetten, want dat heeft me toch mooie plaatjes opgeleverd!
Na mijn wacht kon ik rustig aan school gaan werken, wat me prima afging, want de zee was rustig vandaag. Vanochtend was dat een heel ander verhaal; ik werd rond vijf uur wakker omdat ik bijna mijn bed uit geslingerd werd door de wilde bewegingen die het schip maakte omdat het water tegen de zijkanten aan beukte. Vandaag waren er weer een heleboel zeezieken, maar wel wat minder dan eerst; stiekem is iedereen nu toch wel wat meer aan de zee gewend. Om zeven uur begon ik weer aan mijn wacht; het waaide hard en het was erg bewolkt, wat helaas betekende dat we geen zonsopgang konden zien. Wel hebben we heerlijk gezeild; we mochten een heleboel zeilen hijsen (wat nog een hele uitdaging was met die wind, zelfs voor onze matroos, Job, die zijn sjaal heeft opgeofferd voor het hijsen van de stagfok) en we varen nu al een hele tijd alleen maar op de zeilen. Er waren veel dolfijnen te zien vandaag. Ik heb nog nooit zoiets meegemaakt; dolfijntjes die vrolijk een stukje met het schip mee zwemmen; dat is zo bijzonder om te zien!
Het regent wel heel hard en de golven komen ook regelmatig het dek op geslagen, wat een hoop natte SaS’ers oplevert. De keukendienst heeft - net als de keukendienst van gisteren - een heerlijke lunch gemaakt en als vieruurtje hadden we - nog warm! - chocolatechip cookies. Ge-nie-ten! We zijn allemaal nog niet zo gewend aan de plotselinge hoge golven die het schip heel schuin laten liggen. Eens in de zoveel tijd vliegen alle boeken (en een paar leerlingen) naar de andere kant van de salon, en douchen en naar de wc gaan zijn ook al hele een hele opgave. Mijn volgende wacht begint zo alweer, dus ik ga me maar eens warm aankleden.
Blog 2: 25/10/19
Gisteren was het voor mij de tweede wachtdag, maar al snel moest na het ontbijt iedereen helpen met de stores. AL het eten kwam aan boord; broodbeleg, melk, vlees, kaas en groenten, maar ook andere benodigdheden zoals wc-papier en schoonmaakspullen kwamen in een vrachtwagen aan wal aan en moesten aan boord gebracht worden. Ook moest alles geteld worden en een eigen plek krijgen.
Toen de eerste vrachtwagen met eten aan boord was gebracht, lag de Thalassa opeens een meter lager dan eerst. Daarna moest ook nog 800 kilo meel aan boord gedragen worden en samen met de 20 ton water die ook nog getankt werden, zorgde dit ervoor dat het schip nog lager kwam te liggen. Ons vieruurtje was heerlijke zelfgemaakte guacamole met chips, wat we echt wel verdient hadden na al dat sjouwen. En 's avonds moesten we een beetje op tijd naar bed, want de volgende ochtend zouden we om zeven uur wakker gemaakt worden.
Vandaag was het zo ver. Vrijdag 25 oktober, het officiële vertrek. Om half elf kwamen de ouders, broers, zussen en vrienden aan boord die van Amsterdam mee naar Ijmuiden mochten varen. Na een korte rondleiding, begonnen we aan een vaart van zo’n drie uur - helaas wel op de motor, want we hadden wind tegen. Om één uur kwamen we aan in Ijmuiden. Nog meer vaders, moeders, broers en broertjes, zussen en zusjes, vrienden en vriendinnen, familie, en zelfs honden stonden op de kade op ons te wachten.
Mijn ouders en broertje waren me komen uitzwaaien; lieve mama, papa, Mattis, ik ga jullie heel erg missen. En als het te rustig is in huis moet je maar wat rommel in mijn kamer maken, zodat die wat vertrouwder lijkt. Ik spreek jullie snel! Auch meine liebe Oma war da, ganz aus dem Harz nach hier gekommen! Ich werde dich, und Opa natührlich sehr vermissen. Ich sehe euch snell wieder in Lautenthal, oder vielleicht auch bei uns zuhause!
En dan nog dankjewel dat jullie er waren lieve Hans, Pricilla, Merel, Madeleine, Bibi, Kian en Joris; als ik terug ben heb ik heel veel leuke verhalen om te vertellen, en wie weet jullie ook wel. Na nog wat laatste tips van oud SaS’ers, die vandaag hun reünie hadden, en een korte speech van Monique, was het dan toch echt tijd voor de laatste afscheidsknuffels.
We stonden op het bovendek toen we vanuit de haven naar de sluis voeren en uitgezwaaid werden door onze familie en vrienden. Er zijn heel wat tranen gevloeid voordat we dan ook daadwerkelijk de zee op voeren. Gelukkig waren er heel veel lieve mensen waarvan ik knuffels kreeg, en heel veel lieve mensen die ik knuffels heb gegeven. Daarna konden we het eerste stuk écht zeilen (helaas nog niet richting zuiden, naar Tenerife, want ook daarvoor was er vandaag geen goede wind). Nadat iedereen een beetje was bijgekomen van alle emoties, hebben we de matrozen Alex en Job geholpen met het hijsen van de zeilen en hadden we helaas al de eerste zeezieken. Het was een koude, schommelige vaart. Na zo’n vier uur kwamen we rond half 8 aan in Den-Helder, waar we onze Thalassa aan een grote vissersboot aanlegden. Morgen hebben we pas om negen uur ontbijt, dus kunnen we lekker uitslapen om bij te komen van de spanning en emoties.
We zijn vertrokken. School at Sea is nu echt begonnen.
Blog 1: 23/10/19
Het is de eerste week aan boord. Zondag 20 oktober zijn alle 37 leerlingen met al hun bagage ingescheept. Na uitgebreid de tassen gecontroleerd te hebben, lieten de leidinggevenden ons eindelijk onze spullen in onze hutten proppen. De hutten zitten nu dus – afgezien van de drie tot vijf leerlingen die de bedden daar bezetten – helemaal volgestouwd met al onze spullen.
Onze scheepskok, Hilde, had al een heerlijke maaltijd voorbereid voor ons, dus konden we ’s avonds lekker aanschuiven aan tafel. Na het eten had ik samen met een aantal mede SaS’ers keukendienst; lekker afwassen dus! Gelukkig is dat wel heel gezellig. Onze kapitein, Sam Dubois, legde ons een aantal dingen uit over veiligheid en hygiëne en na een gezellige spelletjesavond kropen we allemaal onze bedden in.
De volgende ochtend werden we wakker gemaakt door de mensen die ’s ochtends al voor ons het ontbijt aan het voorbereiden waren. Na het ontbijt en nog meer uitleg over hoe dingen aan boord gaan, hadden we al onze eerste veiligheidsoefening . Het alarm - zes keer kort, een keer lang - ging af, wat betekende dat we allemaal het schip moesten verlaten.
De helft van de groep mocht nu wacht lopen en de andere helft kon aan school gaan werken. Ik zat bij de tweede groep en heb mijn eerste volledige schooldag al gehad. Om negen uur begonnen we; ik ontmoette mijn mentor, maakte een planning en ging aan de slag. Van één tot twee hadden we lunchpauze, waarna we weer hard aan de slag gingen. Om zes uur waren we dan klaar met school en wachtlopen en konden we om zeven uur avondeten.
Het avondeten werd natuurlijk weer gevolgd door een heerlijke spelletjesavond, waarbij ik erg fanatiek meedeed met “Jungle Speed”, waar ik dramatisch slecht in blijk te zijn. Lachen konden we wel allemaal.
De volgende ochtend mocht ik eindelijk wachtlopen. We gingen verder met de taken die de vorige groep gister was begonnen; het vaarklaar maken van het schip. We hebben zeilen opgehangen, touwen vastgemaakt en geknoopt en van alles goed vastgezet. Om vier uur – dan hebben we altijd ons vieruurtje – werden er poffertjes naar het bovendek gebracht, die ons weer energie gaven voor nog een paar uurtjes wacht.
Het is vandaag dag vier. Ik heb vandaag weer aan school gewerkt, nadat ik mijn dag om zeven uur begon met keukendienst. Ook om elf uur (we hebben namelijk ook een elfuurtje) en met de lunch ging ik met Noor, Albertine en Hilde hard aan de slag om het eten voor de hele groep voor te bereiden. Om vier uur hadden we onze eerste vrije tijd; we kregen onze telefoons en mochten even Amsterdam in. Nadat we lekker allemaal naar het thuisfront gebeld hadden, struinden we door de stad – voornamelijk om eten in te slaan. Helaas moesten Noor en ik snel weer terug naar de Thalassa, zodat we het avondeten voor de groep klaar konden maken.
Na weer lekker gegeten, afgewassen, gedweild en nog even gebeld te hebben, was het mijn beurt om dan eindelijk te douchen. Het douchen gaat via een doucheschema, en ik was nog niet aan de beurt geweest. Ik ben zelden zo blij geweest om drie minuten te mogen douchen. Nu zit ik in de salon en schrijf het eerste stuk van mijn blog met een lekker muziekje op de achtergrond. Ik ga het maar eens afronden, want ik moet Jungle Speed spelen.
Het is bijna zo ver! 20 oktober ga ik aan boord van de Thalassa en begint mijn avontuur. En 25 oktober vertrekken we dan echt uit IJmuiden, de wijde wereld in!
Ik probeer zo vaak en regelmatig mogelijk updates te plaatsen over het leven aan boord, dus houd deze pagina goed in de gaten ;)
16 okt 2019 17:48
Nog 4 dagen, dan is het zo ver! Dan ga ik eindelijk aan boord van de Thalassa, iets waar ik al zo lang naar uit kijk!
Maak jouw eigen website met JouwWeb